Ruim een kwart van ziekenhuizen zit niet op één lijn met zijn grootste zorgverzekeraar over de contractering voor het komende jaar. Een derde heeft er geen vertrouwen in dat de contractering tijdig zal worden afgerond. Dat blijkt uit de Financiële Zorgthermometer, een enquête die elk kwartaal door bureau Finance Ideas onder de leden van Fizi, het netwerk van zorgfinancials, wordt uitgezet.
Aan de Financiële Zorgthermometer van dit kwartaal hebben 136 financials van verschillende zorginstellingen deelgenomen. Voor de komende periode verwachten medisch-specialistische instellingen met zorgverzekeraars wel goede afspraken te maken over de OVA-compensatie, oftewel de loonkosten en de CAO en daarmee prijsrisico.
Zorginkoop
Van de 22 ziekenhuizen en revalidatiecentra die deelnamen geven er 16 aan dat ze verwachten goede afspraken te maken met zorgverzekeraars over de compensatie OVA. Over BTW compensatie, transitiegelden en productiegroei verwachten 7 instellingen eruit te komen met de verzekeraars. Het valt op dat slechts 2 van de 22 instellingen goede afspraken over kwaliteit verwachten te maken, ondanks het feit dat dit één van de speerpunten van het hoofdlijnenakkoord is.
Opvallend is het feit dat, ondanks de inzet van meer doelmatigheid in het hoofdlijnenakkoord voor de periode 2019-2022, 68 procent van de respondenten verwacht dat de grootste zorgverzekeraar niet selectiever gaat inkopen in 2019. De overige zorgpartijen denken dat dit wel gaat gebeuren, maar in geringe mate. Een verklaring hiervoor kan zijn dat zorgverzekeraars deze keuze overlaten aan het ziekenhuis.
Meerjarencontracten
Uit de Financiële Zorgthermometer blijkt verder dat driekwart van de ziekenhuizen in de onderhandelingen met zorgverzekeraars momenteel inzet op meerjarencontracten. De respondenten geven aan dat meerjarencontracten voornamelijk bijdragen aan een hogere mate van prijszekerheid en het efficiënter inrichten van de zorgproductie. Ook een betere kwaliteit van zorg en meer vrijheid in de beleidsvoering worden aangedragen als drijfveren. Dit ligt in wel lijn met de afspraken uit het nieuwe hoofdlijnenakkoord voor de medisch specialistische zorg.
“Het is positief dat zorgverzekeraars en ziekenhuizen door middel van meerjarencontracten gezamenlijk inzetten op een meer doelmatige zorg”, zegt Pim Diepstraten, partner bij Finance Ideas. “Ziekenhuizen dienen nog scherper te sturen op omzet en kosten en zorgverzekeraars moeten zorgen voor financiële ruimte. Alleen dan kan een demografische groei opgevangen worden met een succesvolle substitutie.”
De afspraken uit het hoofdlijnenakkoord zijn in september nogmaals bevestigd in de Miljoenennota. Met het akkoord wordt de groei van de uitgaven aan medisch-specialistische zorg afgeremd naar uiteindelijk nul procent in 2022. Met een toenemende vergrijzing en daarmee hogere groei in met name complexe zorg, betekent dit dat ziekenhuizen gedwongen worden andere zorg te substitueren naar eerste en derde lijnszorg of de thuissituatie. Indien ziekenhuizen hier niet in slagen, kan dit ertoe leiden dat geleverde zorg niet wordt vergoed.
“De afgelopen jaren zijn ziekenhuizen erin geslaagd de medisch-specialistische zorg betaalbaar te houden”, benadrukt Ellen Kalkhoven, voorzitter van Fizi. “Dit wekt vertrouwen en geeft houvast voor de toekomstige uitdagingen waar ziekenhuizen voor staan.”