Startende huisartsen, tandartsen en apothekers hebben voorkeuren die niet goed aansluiten bij de praktijkplekken die vrijkomen. Daardoor kan praktijkovername een probleem worden.
Dat blijkt uit een onderzoek van het NIVEL in opdracht van de Rabobank onder meer dan 1.000 huisartsen, apothekers en tandartsen.
Startende huisartsen geven er een duidelijke voorkeur aan om een praktijk over te nemen met een of meerdere partners; slechts 19 procent wil dit alléén doen. Marleen Jansen, sectormanager gezondheidszorg bij de Rabobank: “De instromende generatie huisartsen bestaat voor zo’n 80 procent uit vrouwen. Onder hen zijn loondienst, gezamenlijke praktijkvoering en parttime werken populair.”
Solisten
Van de stoppers wil 45 procent de praktijk het liefst aan één persoon overdragen. Bij tandartsen zijn de huidige stoppers overwegend solisten, terwijl de wensen bij startende tandartsen liggen bij samenwerking en een grotere praktijk. Bij apothekers is er weinig verschil tussen starters en stoppers.
Waarnemers
Het vinden van een opvolger kan lastig zijn, met name in krimpregio’s. Jansen: “We zien dat praktijkhouders die blijven investeren in huisvesting en vernieuwing daarin beter slagen. Het helpt ook om jonge mensen als waarnemers aan te nemen, zodat zij op tijd de praktijk kunnen leren kennen. In krimpregio’s is het verstandig de samenwerking te zoeken met collega’s in de omgeving, zodat de opvolger een goede uitgangspositie heeft om de praktijk rendabel te houden.”