Het Rode Kruis Ziekenhuis (RKZ) in Beverwijk verwacht in de loop van dit jaar weer zwarte cijfers te schrijven. Wel moet het ziekenhuis over 2012 nog “een aanmerkelijk verlies” nemen. Dit zegt bestuursvoorzitter Jeroen van Roon.
Over 2012 kan Van Roon, sinds juli in Beverwijk actief als voorzitter van de raad van bestuur, kort zijn: “Een rampjaar”. Nadat het RKZ in april vorig jaar bekend maakte af te zien van nieuwbouwplannen, werd in de weken daarop duidelijk hoezeer het ziekenhuis in de financiële problemen zat. Als gevolg van financiering van nieuwbouw die niet rond kwam, stond het RKZ voor circa 20 miljoen euro in het krijt bij zorgverzekeraar Achmea. Door verbouwing kon het RKZ de overfinanciering van verzekeraars niet terugbetalen, alles bij elkaar goed voor een debet van circa 40 miljoen euro.
Uitstel
Achmea toonde zich bereid terugbetaling uit te stellen, maar wilde wel een scherpe koerswijziging. Van Roon werd aangetrokken om deze nieuwe koers uit te zetten. De nieuwe bestuursvoorzitter zag zich genoodzaakt enkele harde en onconventionele maatregelen te nemen. Naast een ontslagronde deed Van Roon een beroep op de vrijgevestigde medisch specialisten in het RKZ om financieel bij te springen.
Schrik
“We hebben 120 fte oftewel tien procent van de formatie moeten laten gaan, waarbij helaas ook nogal wat gedwongen ontslagen zijn gevallen”, blikt Van Roon terug. “Maar de ingreep was niet te vermijden, we moesten wel handelen. We hebben vorig jaar ontzettende schrik gehad, dus de eerste prioriteit was financieel orde op zaken stellen om zodoende lucht te krijgen, want het is moeilijk nadenken met de rug tegen de muur.”
Jaarverslag
De ingrepen sorteren effect, stelt Van Roon vast: “In beginsel is er een aanmerkelijk verlies over 2012, maar in de loop van dit jaar verwachten we dat om te buigen naar zwarte cijfers. Ik verwacht eind 2013 een heel ander beeld dan eind 2012.” Vanwege de penibele financiële situatie laat het officiële jaarverslag nog op zich wachten. Pas dan kan het RKZ duidelijkheid geven over de precieze omvang van het verlies.
Herprofilering
Naast de financiële herijking bezint het RKZ zich op een functionele en zorginhoudelijke herprofilering. Als relatief klein ziekenhuis zal het RKZ moeten samenwerken met andere ziekenhuizen om aan kwaliteits- en volumenormen te kunnen voldoen. Van oudsher werkt het RKZ op het gebied van de chirurgie nauw samen met het MCA. Op het gebied van plastische chirurgie is het Kennemer Gasthuis weer partner en voor de ggz-functie trekt het RKZ op met het Zaans medisch Centrum.
Opties
Hoewel Achmea het RKZ vorig jaar terugfloot toen het ziekenhuis liet weten te willen fuseren met het MCA, liggen wat Van Roon betreft alle opties open. “Dat proces van herprofilering is echt nog niet klaar”, aldus Van Roon. “Het bijzondere aan de situatie die is gecreëerd door Achmea en VGZ is dat we tijd hebben gekregen. Het ziekenhuis heeft in beginsel een jaar, met een uitloop van nog een jaar. Dan hebben we het over medio volgend jaar. Die tijd gaan we benutten, want we broeden niet op één ei, maar op vijf of zes eieren.”
Hobbel
Van Roon denkt dat het RKZ met het oog op de toekomst enkele sterke troeven in handen heeft. “De ziekenhuizen wordt gevraagd zich te herprofileren. Wij hebben met name door het brandwondencentrum al een duidelijk profiel en daar gaan we natuurlijk op door.” Daarnaast overweegt de gemeente een helpende hand toe te steken door de grond van het ziekenhuis aan te kopen. “Het is een mooie gedachte, we zijn blij met iedere hulp, maar als we het doen, moet het een keurige transactie zijn”, vindt Van Roon. “En het we moeten afwachten of het echt gunstig is. Wij hebben een financieringsprobleem, terwijl de gemeenten juist te veel geld heeft vanwege het niet doorgaan van vastgoedtrajecten. Misschien net het zetje dat we nodig hebben. Het gaat ons in ieder geval niet om winst op lange termijn, maar om op korte termijn een financiële hobbel te nemen.”
Bezwaar
Bij het nemen van die financiële hobbel deed Van Roon een beroep op zijn medisch specialisten om een achtergestelde lening beschikbaar te stellen. De vereniging van artsen in dienstverband LAD reageerde verontwaardigd. “Ik begrijp het bezwaar van LAD, je mag mensen in loondienst niet onder druk zetten”, reageert Van Roon. “Maar ik zie het anders: artsen mogen zich vrij voelen om nee te zeggen. Op het moment van herfinancieren, praten we verder met de specialisten in loondienst, want dan weten precies wat er nodig is.”
Saamhorigheid
De vrijgevestigden in het RKZ, die circa 70 procent van het artsenbestand uitmaken, kwamen wel over de brug. Heeft het RKZ zich daarmee overgeleverd aan de grillen van de medische staf? “Een achtergestelde lening geeft niet meer zeggenschap in formele zin, maar informeel verdient zo’n partij het zeer serieus genomen te worden”, zegt van Roon. “Maar ik zie het bovenal als een bewijs voor de sfeer van saamhorigheid in het ziekenhuis.” Aan die sfeer draagt Van Roon naar eigen zeggen graag een steentje bij. Mede om zijn commitment te tonen verruilde Van Roon zijn Boer & Croon-interimkleuren voor een dienstverband bij het RKZ. “I’m here to stay”, beaamt Van Roon.