Staatssecretaris Van Rijn zal mantelzorgers tot niets verplichten en nooit laten opdraaien voor lijfsgebonden zorg. Dit schrijft hij zaterdag in een brief aan de Tweede Kamer.
Van Rijn roept in deze brief gemeenten en zorgverleners op beter te luisteren naar de behoeften en vragen van mantelzorgers en vrijwilligers. Wanneer mensen langer thuis blijven wonen, wordt er meer van hun omgeving gevraagd. Betere ondersteuning voor die groep is dan cruciaal.
Goede voorbeelden
Van Rijn geeft in de brief aan dat hij mantelzorgers beter wil gaan ondersteunen. Om dit voor elkaar te krijgen, komt er een handreiking respijtbeleid voor gemeenten. De website http://www.regelhulp.nl/ wordt uitgebreid met een deel voor informele zorg en de site www.invoorzorg.nl wordt het portaal voor het verspreiden van goede voorbeelden.
Meepraten
Van Rijn regelt verder dat mantelzorgers meepraten wanneer de gemeente de zorgvraag van hun naasten in kaart brengt. De gemeenten krijgen tevens de taak mantelzorgers een blijk van waardering te geven. In zorginstellingen krijgen mantelzorgers een rol bij het opstellen van het zorgplan. Zo blijft de kennis en kunde van de mantelzorger behouden wanneer professionele zorg om de hoek komt kijken.
Opleiding
Om de verbinding tussen mantelzorg en professionele zorg verder vorm te geven, zal de staatssecretaris hiervoor extra aandacht vragen in de opleiding van zorgprofessionals. Van Rijn: “Op werkbezoeken merk ik hoe groot de rol is die mantelzorgers spelen in het geluk van de mensen om hen heen. Daarom zie ik hen en zorgprofessionals als partners; zij vullen elkaar aan.”
Agenda
Van Rijn werkte voor zijn brief samen met de VNG en de organisaties voor vrijwilligers en mantelzorgers (Mezzo, de Nederlandse Organisaties Vrijwilligerswerk (NOV), Het Rode Kruis, Kerk in Actie, Humanitas, Present, de Zonnebloem, Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg Nederland (VPTZ Nederland), en MEE Nederland), de aanbieders van zorg (GGZ Nederland, MOgroep, BTN, VGN, Actiz) en de organisaties van professionele zorg (VenVN, LHV, Verenso en NVMW). Met deze partijen zal de staatssecretaris een Agenda voor de Toekomst opstellen.