De ouderenzorg in Nederland staat volgens de branchevereniging op een keerpunt. Terwijl de vergrijzing en personeelstekorten toenemen, willen en kunnen veel ouderen langer zelfstandig blijven wonen. “Dat vraagt om een andere kijk op ouder worden én op zorg.
Medewerker op één
In een pamflet pleit ActiZ voor zes fundamentele uitgangspunten voor toekomstbestendige ouderenzorg. Allereerst moeten zorgprofessionals op één komen te staan. “Investeringen in opleidingen, begeleiding van zij-instromers en herintreders, en marktconforme arbeidsvoorwaarden zijn cruciaal”, aldus de branchevereniging, die ruim 400 zorgorganisaties vertegenwoordigt.
De tweede pijler is ‘zelf of samen sterk tenzij’. Daarvoor vraagt ActiZ om mantelzorgondersteuning, stimulering van zorgzame gemeenschappen en goede samenwerking tussen zorg, welzijn en wonen. Om de ‘thuis, tenzij-beweging’ te versterken, is versnelde seniorenhuisvesting, versterking van preventie en reablement en vereenvoudiging van financiering van zorg thuis nodig.
Minder marktwerking
Ook pleit ActiZ voor minder marktwerking, meer lange termijn afspraken en regionale samenwerking. Voor de beweging ‘digitaal, tenzij’ pleit de vereniging voor toegankelijke digitale zorg en middelen voor AI, databeschikbaarheid en gebruiksvriendelijke technologie.
ActiZ roept de politiek verder op van regels en bureaucratie naar vertrouwen te gaan. Westerlaken: “Durf om oude structuren los te laten, te investeren in mensen, gemeenschappen en technologie, en samen te bouwen aan een duurzame visie op ouderenzorg.”
Landelijke akkoorden
Tot slot nodigt ActiZ de politiek uit om aan te sluiten bij de vernieuwingsbeweging en verder te bouwen op de visie van de landelijke zorgakkoorden. “Want ouderenzorg is niet langer alleen een kwestie van méér zorg, maar ook van anders zorgen, met oog voor leefplezier, eigen regie en samenleven in zorgzame gemeenschappen”, besluit Westerlaken.
