31.07.13 springermedizin.de 15.05.2013 Äz-Online Legal knowledge Publikationsname / Publikationsnummer / E-Tag TT.MM.JJJJ (optional)
VPHuisartsen heeft een cassatieberoep inzake het Landelijk Schakelpunt (LSP) verloren. Het oordeel van het gerechtshof Arnhem – Leeuwarden, dat het door de Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie (VZVZ) ontwikkelde systeem voor elektronische gegevensuitwisseling aan de eisen van de privacywetgeving voldoet, blijft hierdoor in stand.
In 2016 diende VPHuisartsen een cassatieberoep in bij de Hoge Raad, nadat de branchevereniging in een rechtszaak door de rechtbank Midden-Nederland en in hoger beroep door het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden in het ongelijk was gesteld. Volgens VPHuisartsen waren echter een aantal principiële rechtsvragen onbeantwoord gebleven.
VPHuisartsen stapte in 2013 naar de rechter uit onvrede over de gevolgen van de invoering van het LSP ten aanzien van de privacy van patiënten en het medisch beroepsgeheim van artsen. Volgens VPHuisartsen is het LSP niet zodanig ingericht dat artsen, in lijn met het beroepsgeheim, kunnen aangeven welke informatie voor een specifiek doel mag worden verstrekt aan een derde. Ook stelt VPHuisartsen dat de door VZVZ gevraagde toestemming van de patiënt juridisch gebrekkig is en onvoldoende grondslag vormt voor het doorbreken van het beroepsgeheim.
Vrije wil
Volgens het gerechtshof is de uitwisseling van gegevens in de zorginfrastructuur echter aanvaardbaar, omdat de patiënt daarvoor uit vrije wil toestemming geeft. Die toestemming is volgens het hof gebaseerd op voldoende informatie over de vraag welke gegevens in welke situatie voor welke zorgverlener toegankelijk zijn. “Daarbij kan de patiënt ervoor kiezen bepaalde gegevens van de uitwisseling uit te sluiten. Niet gebleken is dat patiënten en huisartsen in feite gedwongen zijn aan de zorginfrastructuur mee te doen”, aldus het hof in het hoger beroep.
De Hoge Raad heeft in cassatie de bezwaren van VPHuisartsen tegen de uitspraak van het hof verworpen. Het hof heeft volgens de Hoge Raad “geen blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting en zijn oordeel voldoende begrijpelijk gemaakt”. De Hoge Raad acht daarbij van belang dat het hof heeft onderkend dat – mede omdat de normen over privacybescherming binnenkort strenger worden – de zorginfrastructuur in de toekomst zo zal moeten worden ingericht dat meer onderscheid tussen gegevens en zorgaanbieders kan worden gemaakt.
In een reactie laat de VZVZ weten verheugd te zijn over de uitspraak. De organisatie ziet zich met deze uitspraak “bevestigd in haar overtuiging volledig te werken binnen de kaders van wet- en regelgeving”.