Het aantal mensen dat een beroep doet op de Wet langdurige zorg (Wlz) is sinds de invoering in 2015 ongeveer gelijk gebleven. Het aantal cliënten in de verpleging en verzorging (vv) en geestelijke gezondheidszorg (ggz) is afgenomen. Daarentegen maken meer mensen gebruik van gehandicaptenzorg. Dat schrijft staatssecretaris Van Rijn (Volksgezondheid) in zijn voortgangsrapportage over de Wlz.
Het totaal aantal cliënten in de Wlz is ongeveer 285 duizend. Het aandeel vv-cliënten is afgenomen met 2,3 procent naar ruim 160 duizend. Het aantal cliënten dat met een laag zorgzwaarte in de Wlz zit neemt af, doordat mensen langer thuis blijven wonen.
Het aantaal ggz-patiënten in de Wlz neemt het sterkst af met 9,6 procent. Sinds 1 januari 2015 worden de eerste drie jaar van opname bekostigd vanuit de Zorgverzekeringswet (Zvw).
Opvallend is dat het aantal cliënten in de gehandicaptenzorg stijgt met 5,3 procent. De staatssecretaris schrijft dat het nog te vroeg is om deze ontwikkeling te duiden.
Bekostiging
De Voortgangsrapportage Wlz gaat, naast de toegang tot de Wlz, ook over de bekostiging binnen de Wlz, de inkoop van Wlz-zorg en innovatie. Het ministerie van VWS kondigt aan dat de Nederlandse Zorgautoriteit onderzoek gaat doen naar de zorgprofielen binnen de verzorging en verpleging en de daaraan gekoppelde kosten.
Verder zal de bekostiging van woningaanpassingen en hulpmiddelen vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning waarschijnlijk ook in 2017 niet overgaan naar de Wlz. Het ministerie komt eind 2016 met een standpunt hierover.