NZa en ziekenhuizen gaan specialisten helpen het registreren makkelijker te maken. Medisch specialisten vinden correcte registratie en declaratie van zorg belangrijk. Zij vrezen eerder onder-registratie dan over-registratie. De specialisten voelen zich verantwoordelijk voor het zelf registreren, maar vinden dat de ondersteuning vanuit het ziekenhuis, voorlichting en de inrichting van het DBC/DOT-systeem nog beter kan.
Dat blijkt uit onderzoek door NIVEL, iBMG en de Universiteit van Utrecht, in opdracht van de NZa. De conclusies zijn vorige week gepubliceerd.
Knelpunten
Concrete knelpunten waar medisch specialisten tegenaan lopen zijn onder andere: de registratie van patiënten met meerdere aandoeningen, combinaties van behandelingen die administratief niet mogelijk zijn, langere consulten kunnen niet worden gedeclareerd en ook telefonische consulten niet. Deze knelpunten kunnen tekenen zijn van tekortkomingen in het systeem of van onbekendheid met de registratieregels en de mogelijkheden van het systeem, aldus de onderzoekers. Daarnaast hebben de specialisten soms het gevoel dat de NZa ze wantrouwt.
Verbeteren
Ziekenhuizen, brancheorganisaties en NZa hebben aangegeven de medisch specialisten beter te willen ondersteunen. De NVZ organiseert trainingen zorgadministratie voor ziekenhuismedewerkers. De Federatie Medisch Specialisten (FMS) heeft een gedragsregel en een registratiewijzer ontwikkeld, en een werkgroep ‘correct registeren’ ingesteld. En de NZa benadert wetenschappelijke verenigingen om met medisch specialisten praktijkdilemma’s en concrete knelpunten te bespreken. Daarnaast gaat de zorgautoriteit begin volgend jaar het land in om met bestuurders, administrateurs en specialisten te bekijken wat er gedaan kan worden op gebieden als opleidingen en ICT. En er wordt gekeken hoe de bevindingen uit het rapport kunnen worden toegepast binnen horizontaal toezicht.