De financiële prestaties van UMC’s en de overige ziekenhuizen groeien steeds verder uiteen. Waar de rentabiliteit van de UMC’s de laatste jaren is gestegen tot bijna 3,5 procent, is die van topklinische en algemene ziekenhuizen gezakt tot onder de 1,5 procent.
Eén en ander komt naar voren uit brancheonderzoek van accountants- en adviesbureau KPMG. De magere financiële resultaten van de ziekenhuizen zijn geen verrassing. Opeenvolgende hoofdlijnenakkoorden hebben de budgettaire groeiruimte fors ingeperkt. Zonder maatregelen zouden de totale zorguitgaven in 2017 op 16 procent van het bruto binnenlands product (bbp) zijn uitgekomen, zo becijfert KPMG, in totaal 22 miljard euro hoger dan nu het geval is.
De beperking van de groeiruimte heeft logischerwijs impact op de financiële positie van de ziekenhuizen. De winstgevendheid neemt verder af door sterker stijgende personeelskosten en patiëntgebonden kosten. De stijgende personeelskosten hangen onder meer samen met het toenemende personeelstekort. De stijgende patiëntgebonden kosten zijn grotendeels terug te voeren het gebruik van andere, duurdere medicijnen.
Ook de universitaire medische centra (UMC’s) hebben met zulke ontwikkelingen te maken, maar zij genereren ook geld met onderzoek en onderwijs, zo legt KPMG uit. Bovendien ontvangen de UMC’s een beschikbaarheidsbijdrage om topreferente zorg te leveren aan patiënten die niet in andere ziekenhuizen terecht kunnen.
Maatstaf
Als maatstaf voor de financiële gezondheid van ziekenhuizen hanteert de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) een rentabiliteitsnorm van 2,5 procent. De UMC’s zaten hier in 2014 een fractie onder, maar hebben dit percentage de afgelopen jaren bijna een vol punt opgeplust. Van de topklinische ziekenhuizen zat vorig jaar driekwart (73,7 procent) onder deze norm tegen de helft (52,6 procent) in 2014. Algemene ziekenhuizen doen het een fractie beter; zeven van de tien (69,8 procent) zat vorig jaar onder de norm tegen zes van de tien (60,5 procent) in 2014.
Personeelstekorten
Naast de magere financiële resultaten vormen ook personeelstekorten een steeds groter probleem. Het ministerie van VWS heeft becijferd dat het tekort aan verpleegkundigen zonder maatregelen in 2022 oploopt tot 125.000. Werknemers ervaren hierdoor een groeiende werkdruk; vond in 2013 nog 36 procent dat de werkdruk te hoog was, in 2017 was dit 49 procent. Dit resulteert in een dalende medewerkwerkerstevredenheid; waar in 2009 nog 83 procent positief was, was dat vorig jaar 49 procent.
Risico
Volgens KPMG onderstreept het onderzoek dat de toekomst van de Nederlandse zorg structureel onder druk staat. “Het lijkt erop dat ziekenhuizen gevangen zitten in het huidige systeem van budgetten, volumeafspraken en plafonds”, stelt Anna van Poucke, sectorleider health. “Vooral voor de algemene en topklinische ziekenhuizen is de financiële druk hoog. De marges waren de afgelopen jaren dun. Dit is niet alleen zorgelijk voor het hier en nu, maar vormt ook een risico voor de toekomstbestendigheid en transformatiekracht van de Nederlandse zorg.”
Bijkomend probleem is dat er weinig winst valt te verwachten van maatregelen om de efficiency en productiviteit op te schroeven. Volgens KPMG scoort Nederland internationaal al goed op indicatoren als de gemiddelde ligduur, bedbezetting en het aantal bedden dan wel artsen per hoofd van de bevolking.
Slimmer werken
Wat KPMG betreft ligt de oplossing dan ook in andere en slimmere manieren van werken om zo de schaarse capaciteit optimaal te benutten. KPMG denkt daarbij aan het digitaliseren van zorgprocessen, integraal capaciteitsmanagement met ondersteuning van technologie, het opzetten op shared service centra, het reduceren dan wel wegnemen van niet zorg-gerelateerde taken bij artsen en verpleegkundigen en taakdifferentiatie in combinatie met de inzet van nieuwe zorgprofielen en vaardigheden.
Om dit te realiseren zijn er in de organisatie en financiering stappen nodig. Zo moet er werk worden gemaakt van de opbouw regionale netwerken zodat opvang thuis en in eerste lijn ook echt te realiseren is. Om de uitstroom uit het ziekenhuis goed te regelen moet er ook voldoende capaciteit zijn in de ggz, revalidatie en langdurige zorg. Daarnaast moeten er passende vormen van bekostiging komen die een nieuw zorgaanbod mogelijk maken. Te denken valt aan inkoop op waarde en meerjarencontracten op basis van shared savings. Daarnaast pleit KPMG voor investeringsfonds voor de afschrijving van overtollige infrastructuur en het faciliteren van gerichte investeringen in technologie.