Het expertisecentrum voor het leven met hart- en vaataandoeningen pleit voor opschaling van telebegeleiding. Niet alleen omdat telebegeleiding de kwaliteit van leven, onafhankelijkheid, regie en veiligheid van de patiënt vergroot, maar ook omdat het één van de oplossingen is om de reguliere zorg doorgang te laten vinden nu het aantal besmettingen met Covid-19 toeneemt en de zorg in de ziekenhuizen weer onder druk staat.
Corona
Vooralsnog biedt 46 procent van de onderzochte aanbieders (30 in totaal) géén telebegeleiding aan. Twee derde hiervan wel van plan ermee te starten. Dit besluit komt voor het merendeel van de zorginstellingen niet voort uit de coronapandemie. Van de zorginstellingen die al wel telebegeleiding bieden aan poliklinische patiënten met chronisch hartfalen, geeft een kwart aan het aanbod op te schalen vanwege de coronapandemie.
Potentie
Aanbieders die telebegeleiding inzetten benutten de potentie niet ten volle; bij iets meer dan de helft van deze instellingen maken niet meer dan vijftig patiënten gebruik van telebegeleiding. Naar schatting komt meer dan 30 procent van de hartfalenpatiënten in aanmerking voor telebegeleiding, terwijl niet meer dan 5 procnet van de hartfalenpatiënten er daadwerkelijk gebruik van maken.
Uitwisseling
Ook de uitwisseling met andere systemen laat te wensen over. Driekwart van de aanbieders hanteert telebegeleidingssystemen die niet gekoppeld zijn aan lokaal gebruikte informatiesystemen, zoals het elektronisch patiëntendossier. Bij slechts 13 procent van de instellingen kan de patiënt gebruik blijven maken van hetzelfde systeem als de patiënt wordt terugverwezen naar de eerste lijn.