Jeugdhulpinstelling de OG Heldringstichting (OGH) en scholengemeenschap De Brouwerij hebben onvoldoende gedaan om de risico’s rond de dagelijkse schoolgang van de jongeren te beperken. Zowel OGH als De Brouwerij kwamen afspraken over het toezicht op de jongeren niet na.
Dit concluderen de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, de Inspectie Justitie en Veiligheid en de Inspectie van het Onderwijs in een gezamenlijk onderzoek naar aanleiding van een calamiteit waarbij een jongere om het leven kwam.
In juni 2017 ontvingen de inspecties een melding van de jeugdhulpinstelling over het overlijden van een zestienjarige jongen. De jongen volgde onderwijs bij De Brouwerij, liep onder schooltijd weg en verdronk tijdens deze wegloopactie. De inspecties concluderen dat de jeugdhulpinstelling en de school de risico’s rond de dagelijkse schoolgang goed inschatten, maar daar in de praktijk onvoldoende naar handelden.
Verbetermaatregelen
Na de calamiteit hebben OGH en De Brouwerij een verbetermaatregel doorgevoerd, maar dit heeft er volgens de inspecties niet toe geleid dat de afspraken over het toezicht voldoende werden nagekomen en het risico op weglopen werd beperkt. Hierop voerden de organisaties gezamenlijk een aantal verbetermaatregelen door en ook de sfeer, communicatie en samenwerking verbeterde. Een essentiële maatregel was echter niet doorgevoerd en de verantwoordelijken bleken hiervan niet op de hoogte. Deze situatie leidde bij de inspecties tot twijfels over de verbeterkracht van de beide organisaties en het interne toezicht door de betrokken besturen.
De OGH en De Brouwerij laten in een reactie weten het te betreuren dat een van de in gang gezette verbetermaatregelen nog niet voldoende was ingevoerd. Inmiddels zijn alle verbetermaatregelen geïmplementeerd, aldus de organisaties, en zullen deze opgevolgd worden in een interne audit. Hier hebben de inspecties de OGH en De Brouwerij drie maanden de tijd voor gegeven.