De leefstijlprogramma’s die vanaf januari 2019 worden vergoed vanuit de basisverzekering zijn te veel gebaseerd op het motiveren van deelnemers. In plaats daarvan zou de begeleiding van deelnemers aan de programma’s zich moeten richten op het wegnemen van barrières voor een gezondere leefstijl. Dat stelt bewegingswetenschapper Adrie Bouma, die promotieonderzoek deed bij onderzoeksinstituut SHARE van het UMCG.
Preventie staat hoog op de maatschappelijke agenda. Staatssecretaris Blokhuis (Volksgezondheid) sluit dit najaar met zo’n vijftig bedrijven, maatschappelijke organisaties en overheden een preventieakkoord. Het akkoord moet onder meer roken, overgewicht en problematisch alcohol gebruik tegen gaan. In het kader hiervan wordt de Gecombineerde Leefstijlinterventie (GLI) vanaf 2019 vanuit de basisverzekering vergoed. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is dit najaar gestart met een campagne om preventie aan te jagen.
Volgens bewegingswetenschapper Bouma dragen effectieve evidence-based leefstijlinterventies inderdaad bij aan een toename van de levensverwachting en de kwaliteit van leven. De programma’s die vanaf januari 2019 worden vergoed door zorgverzekeraars, zijn gebaseerd op het motiveren van deelnemers. Bouma vindt het beter om de begeleiding te richten op het weghalen van barrières. In de plannen van VWS worden vooral mensen met overgewicht geselecteerd voor leefstijlprogramma’s; zij vindt het belangrijk dat ook andere mensen de programma’s kunnen volgen.
Barrière-aanpak
Bouma laat in haar onderzoek zien dat het voor de lange termijn effectiever is om deelnemers te begeleiden in de barrières die bewegen belemmeren. Zij ontwikkelde zelf een nieuwe methode van gedragsverandering, de barrière-aanpak. Deze bestaat uit vier verschillende strategieën: 1) het aanleren van andere manieren om leefstijldoelen te bereiken, om daarmee barrières te omzeilen; 2) het doel veranderen om daarmee barrières van deelnemers te verlagen; 3) barrière-percepties van deelnemers te veranderen; 4) deelnemers de investeringen en de gevolgen om hun doel te bereiken, te leren accepteren.
Bouma volgde deelnemers aan leefstijlinterventies gedurende twee jaar. Uit haar onderzoek blijkt dat de deelnemers die met deze nieuwe methode begeleid werden in het leren omgaan met hun barrières, gedurende langere tijd actief bleven en een hogere kwaliteit van leven ervoeren.
Huisartsen
Verder blijkt uit het onderzoek van Bouma dat huisartsen nog niet de juiste middelen in handen hebben om hun patiënten te begeleiden bij leefstijlinterventies. De promovenda pleit ervoor om officiële richtlijnen en hulpmiddelen voor het screenen van geschikte patiënten te ontwikkelen. Hierdoor hebben huisartsen een indicatie voor een doorverwijzing, zodat meer mensen worden bereikt.