Deze week gaan ze in: de veranderingen in de zorg. De AWBZ gaat eruit, de Wet langdurige zorg, de Zorgverzekeringswet, de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Jeugdwet komen erin of worden uitgebreid. Vooral gemeenten krijgen er taken bij. Het komende jaar wordt duidelijk of in de praktijk werkt, wat in theorie bedacht is.
De Vereniging Nederlandse Gemeenten vindt dat er nog geen reden is voor onrust, zo zei ze tegen het ANP. “Hulpverleners stoppen niet ineens in januari met zorg verlenen. En mensen die een AWBZ-indicatie hebben die na januari doorloopt, houden hun zorg. Als de indicatie afloopt, krijgen zij een uitnodiging van de gemeente voor een gesprek. Gemeenten kunnen niet voor januari iedereen gesproken hebben.” Ieder(in), de koepelorganisatie van chronische zieken en mensen met een beperking, is veel minder optimistisch tegen het ANP. “Er zijn nog veel vragen. Mensen weten niet bij welk loket ze straks terechtkunnen, ze weten niet wat de veranderingen voor hun persoonlijke situatie betekenen. En niet alle zorgaanbieders hebben al een contract met de gemeente gesloten.”
Bezuinigingen
In 2012 maakten bijna 800.000 mensen gebruik van de AWBZ. De zorg voor deze mensen wordt vanaf deze week uit andere potjes betaald. Met als uiteindelijke doel: dat mensen langer thuis blijven wonen en dat de zorgkosten niet te veel stijgen. Hoewel dat effect nog niet meteen merkbaar is. Volgens staatssecretaris Van Rijn gaat er in 2017 nog ruim 27 miljard euro naar deze zorg. Dat is evenveel als nu. Op de huishoudelijke hulp wordt wel flink gekort: 465 miljoen euro. Ook in de jeugdzorg wordt geknepen: 450 miljoen euro.
Oude AWBZ
De Wet langdurige zorg (Wlz) lijkt nog het meest op de oude AWBZ en is er voor de kwetsbaarste mensen die 24 uur per dag toezicht of zorg in de nabijheid nodig hebben. Voor 280.000 mensen betekent dit een plek in een verzorgings- of verpleeghuis. Dagbesteding en begeleiding van thuiswonende ouderen, gehandicapten en mensen met psychische problemen worden onderdeel van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). En die wet wordt uitgevoerd door gemeenten. Hoe ze dat doen, en welke zorgaanbieders ze hiervoor contracteren, mogen ze zelf weten. Het zorgaanbod kan dus ook per gemeente verschillen. Grote gemene deler tussen alle gemeenten is wel dat er vooral wordt gekeken naar wat mensen nog zelf kunnen.
Zorgverzekeraars
Verpleging en verzorging thuis vallen onder de Zorgverzekeringswet. Dat betekent dat bijvoorbeeld hulp bij het douchen wordt betaald vanuit het basispakket van de zorgverzekering. Vaak wordt dit uitgevoerd door een wijkverpleegkundige. Dit valt niet onder het verplicht eigen risico.
Jongeren
Elke vorm van jeugdhulp komt op het bordje van de gemeente. Of het nu om opvoedproblemen, psychische en psychiatrische problemen, of jongeren verstandelijke beperkingen gaat. Bovendien vallen kinderbeschermingsmaatregelen en de jeugdreclassering straks onder de taken van de gemeenten. Ook voor deze wet mogen gemeenten zelf bepalen bij wie ze welke zorg inkopen.