Demissionair minister Schippers van Volksgezondheid noemt het betalen van zwijggeld bij medische missers “zeer onwenselijk”. Schippers weerspreekt met klem dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) op enig moment deelgenoot is geweest in dergelijke afspraken.
Een en ander blijkt uit een brief van de minister aan de Tweede Kamer. Uit een inventarisatie blijkt volgens Schippers dat er de afgelopen jaren vier voorbeelden zijn geweest van zwijgcontracten. Het gaat hierbij ondermeer om de casus van de Twentse neuroloog Jansen Steur.
Gedwongen zwijgen
Schippers noemt dergelijke contracten, waarbij getroffen patiënten en hun naasten in ruil voor geld afzien van verdere stappen, “zeer onwenselijk”. “ Oorzaken van overlijden of niet verantwoorde kwaliteit van zorg, mogen nooit een onderwerp zijn waarover gedwongen gezwegen zou moet worden”, aldus Schippers.
Geen betrokkenheid
Inzake de Twentse neuroloog werd in de media gesuggereerd dat de inspectie weet had van het bestaan van een zwijgcontract. “Zowel ik als de IGZ zelf hechten eraan te benadrukken dat de inspectie vanzelfsprekend nooit direct dan wel indirect, betrokken is bij het opstellen van dergelijke contracten”, stelt Schippers. “Enige vorm van betrokkenheid zou de onafhankelijke positie van de IGZ als toezichthouder ernstig ondermijnen. Wanneer de inspectie op de hoogte is van een zwijgcontract of vermoedens heeft daartoe, dan beschouwt zij dit juist als een signaal om nader onderzoek in te stellen naar de kwaliteit van zorg en/of patiëntveiligheid.”
Niet op de hoogte
Volgens Schippers wist de inspectie inzake van de Twentse neuroloog niets van een zwijgcontract. Eén van de slachtoffers maakte de zaak destijds bij de IGZ aanhangig, maar trok haar klacht naderhand in. “Op het moment van intrekking van haar melding was de IGZ niet op de hoogte van het bestaan van het betreffende ‘zwijgcontract’”, aldus Schippers. Schippers stelt daarnaast dat het betalen van een geldbedrag eventueel deel kan uitmaken van een goede klachtafhandeling. Maar aan een schadevergoeding mag wat de minister betreft nooit een zwijgplicht verbonden worden.