Alle partijen vinden bijvoorbeeld de zorg belangrijk, maar ze stellen in hun verkiezingsprogramma’s geen inhoudelijke prioriteiten om de zorgkosten laag te houden, zo schetst het SCP.
Rechtsstaat
Het planbureau stelt verder dat de partijen in hun programma’s laten zien dat ze bezorgd zijn over het feit dat de democratische rechtsstaat onder druk staat. Maar dit leidt bij lang niet alle partijen tot concrete voorstellen om Nederlanders “duidelijk te maken dat ieders vrijheid op het spel staat”. Het planbureau noemt dat “zorgelijk, aangezien uit onderzoek blijkt dat burgers vaak onvoldoende weten wat de liberale rechtsstaat inhoudt en waarom die van belang is”. Sommige plannen vormen “ogenschijnlijk” een risico voor de rechtsstaat, merkt het SCP bovendien op, “bijvoorbeeld als het gaat om het beperken van rechten van specifieke groepen”.
Groepen in de samenleving
Volgens het SCP benadrukken alle partijen in hun programma het belang van sociale samenhang, maar leggen ze verschillende accenten. “Daarbij is er bij sommige partijen weinig oog voor beleid dat het samenleven tussen verschillende groepen bevordert”, merkt het planbureau op. “Ook zien we partijen die selectief opkomen voor de rechten van bepaalde groepen in de samenleving.” Na de verkiezingen is het volgens het SCP voor de formerende partijen belangrijk om “een gedeelde visie te vinden op hoe we in een diverse samenleving met elkaar willen samenleven. Waarbij er ook oog is voor de belangen van mensen uit minderheidsgroepen.”
In de beschouwing van het SCP zijn de verkiezingsprogramma’s meegenomen van BBB, CDA, D66, GroenLinks-PvdA, JA21, NSC, Partij voor de Dieren, PVV, SP en VVD. Het planbureau heeft voor deze partijen gekozen omdat zij minstens vijf zetels hebben in de Tweede Kamer of op 31 augustus in de Peilingwijzer werden geschat op meer dan vijf zetels. (ANP)
