In totaal zijn 464 inwoners afhankelijk van de dienstverlening van de stichting, onder wie ruim tweehonderd Nieuwegeiners. Voor hen is de continuïteit van ondersteuning nu onzeker.
Terugvordering
De financiële problemen bij Geranos kwamen eind vorig jaar aan het licht. Uit onderzoek bleek dat de organisatie structureel meer uren declareerde dan daadwerkelijk waren geleverd. Bovendien was de administratie onvoldoende op orde. Omdat Geranos geen verbeterplan opstelde, stelden de betrokken gemeenten de stichting formeel in gebreke. Zij eisten gezamenlijk bijna een half miljoen euro terug. Deze terugvordering, samen met bestaande schulden, bracht de organisatie in ernstige financiële problemen.
De jaarrekening die deze zomer werd ingezien, bevestigde het zorgwekkende beeld. Geranos schakelde juridische hulp in en voerde gesprekken met een mogelijke overnamekandidaat, maar die onderhandelingen liepen op niets uit. Op 16 september volgde het faillissement.
Alternatieve aanbieders
Ondanks het faillissement gaat de huishoudelijke hulp voor de meeste cliënten voorlopig door. Waar dat niet lukt, zoeken de gemeenten samen met de Regionale Backoffice Lekstroom (RBL) naar alternatieve aanbieders. Inwoners zijn hierover per brief geïnformeerd.
Het contract met Geranos is nog niet formeel ontbonden. Dat betekent dat de stichting, onder toezicht van een curator, verplicht is om de bestaande hulpverlening voort te zetten en deze te blijven declareren bij de gemeenten. Tegelijkertijd onderzoekt de curator welke zorgaanbieders bereid zijn om cliënten en contracten over te nemen.
Onrust
Ondanks de inspanningen van gemeenten en RBL heerst er onrust onder cliënten, vooral in Nieuwegein. Veel inwoners maken zich zorgen over het behoud van hun vaste hulp. “Ik heb drie keer per week hulp nodig. Mijn vaste hulp weet niet of ze kan blijven komen. Dan vraag je je toch af: wie helpt mij straks?” zegt een bewoonster uit de wijk Galecop.
Continuïteit
De betrokken gemeenten stellen dat de belangen van inwoners steeds voorop hebben gestaan en dat dit ook na het faillissement zo blijft. Toch kunnen zij niet uitsluiten dat hulp tijdelijk wegvalt. “We proberen dit te voorkomen en waar het gebeurt, het zo snel mogelijk op te lossen,” aldus een gezamenlijke verklaring.
RBL heeft inmiddels geïnventariseerd welke zorgaanbieders de hulpverlening kunnen overnemen. Daarmee hopen de gemeenten de gevolgen voor cliënten zo beperkt mogelijk te houden.