De voorgenomen versobering van de AWBZ kan grote impact hebben op de koopkracht. Ouderen met hoge en middeninkomens kunnen afhankelijk van het gekozen uitvoeringsscenario een koopkrachtdaling 37 tot 61 procent tegemoet zien. Dat becijfert adviesbureau Gupta Strategists.
De PvdA en VVD hebben in het regeerakkoord gekozen voor hervorming en versobering van de AWBZ. Door de lichte intramurale zorg te extramuraliseren wil het nieuwe kabinet 1,7 miljard euro bezuinigen. Daarnaast wordt er 1,1 miljard gekort op de huishoudelijke hulp.
Dilemma
Volgens Gupta Strategists levert de miljardenbezuiniging op de ouderenzorg verschillende dilemma’s op. Versobering van alleen de lichte zorgvraag levert onvoldoende geld op. Ouderen die weinig zorg gebruiken vormen 37 procent van het totale aantal zorggebruikers. Zij nemen echter slechts 5 procent van de totale kosten voor hun rekening.
Grote zorgvraag
Gupta denkt daarom dat ouderen met een grote zorgvraag niet buiten schot blijven. Alleen ouderen aanspreken met een hoge zorgvraag en hoge inkomens, die een gezamenlijk aandeel van 13 procent in de kosten hebben, levert volgens Gupta onvoldoende op. De bulk van de kosten zit bij mensen met een laag inkomen en hoge zorgvraag. Met een totaal van 1,8 miljard euro is deze groep goed voor 28 procent van de kosten.
Koopkrachteffect
Worden de lage inkomens ontzien dan heeft dit volgens Gupta grote koopkrachteffecten voor ouderen met midden tot hoge inkomens. De inkomensdaling kan volgens Gupta in dat geval oplopen van 37 tot 63 procent. Als additioneel probleem noemt Gupta het wegvallen van prikkels tot preventie en zelfzorg bij ouderen met een laag inkomen.
Prikkels
Ook wijst Gupta op het gevaar van oneigenlijke prikkels. Als zware thuiszorg beter wordt vergoed dan lichte ontstaat een prikkel om zware zorg geïndiceerd te krijgen. Verschraling van de thuiszorg via gemeenten kan daarnaast leiden tot meer zware zorg in intramurale setting. Bovendien betekent decentrale uitvoering volgens Gupta vaak opnieuw het wiel uitvinden. Dit kan de kosten opdrijven.
Onvermijdelijk
Gupta constateert dat versobering van de AWBZ onvermijdelijk is om de toegankelijkheid ook in de toekomst te waarborgen. Nederland behoort in Europees perspectief tot de koplopers qua kosten van langdurige zorg. Nu gaat 3,8 procent van het bruto nationaal product naar ouderenzorg. Alleen Denemarken betaalt meer. Bij ongewijzigd zal dit doorgroeien naar 7,7 procent. Daarbij moeten steeds minder werkenden de premies opbrengen.