AppleMark
De totale zorglasten per Nederlander bedroegen in 2014 gemiddeld ruim 5300 euro. In 2006, het jaar dat de Zorgverzekeringswet (Zvw)werd ingevoerd, was dit bijna 4000 euro. Dit meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in de publicatie ‘Ontwikkeling en financiering van de zorglasten sinds 2006’.
Nederlanders betalen op verschillende manieren mee aan de zorg. Het grootste deel wordt via afdrachten aan belastingen en sociale bijgedragen. Het gaat hierbij om een gemiddeld bedrag van 3680 euro. Daarnaast betalen Nederlanders gemiddeld ruim 1100 euro per inwoner aan zorgverzekeringspremies. Tot slot wordt er op diverse manieren rechtstreeks betaald voor zorg, bijvoorbeeld via het eigen risico. In totaal gaat het daarbij om ongeveer 560 euro per jaar.
Het grootste deel van de zorglasten wordt via afdrachten aan de overheid betaald. De sociale premie voor de verzekerde langdurige zorg (AWBZ) verdeeld over alle inwoners is gemiddeld 1120 euro. Via de algemene middelen, die vanuit de belastingen worden gevuld, betaalt de Nederlander gemiddeld ongeveer 1200 euro per jaar mee aan zorg. Het gaat hier om de overheidsbijdragen aan de Zvw en de AWBZ, en bijvoorbeeld om de (overheids)financiering van de wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) en de verslavingszorg. Ook werkgevers betalen namens werknemers mee aan de verzekerde basiszorg volgens de Zvw, afhankelijk van de hoogte van het salaris. Per inwoner betalen werkgevers gemiddeld ruim 1300 euro.
Naast deze inhoudingen is elke volwassene op grond van de Zorgverzekeringswet (Zvw) verplicht om zich te verzekeren voor basiszorg. Per inwoner omgerekend kost die verzekering (de ‘nominale premie’) per jaar ruim 850 euro. Daarnaast kan men zich vrijwillig aanvullend verzekeren voor bijvoorbeeld tandartskosten, fysiotherapie en alternatieve geneeswijzen. Gemiddeld wordt hier 250 euro per jaar aan uitgegeven.
Stijging
Bij gebruik van zorg doen inwoners ook eigen betalingen. Betalingen aan het eigen risico binnen de zorgverzekering en de (inkomensafhankelijke) eigen bijdragen in het kader van de langdurige AWBZ-zorg bedragen gemiddeld ruim 300 euro per Nederlander per jaar. Daarnaast geeft een Nederlander gemiddeld 250 euro uit aan zorg die niet is verzekerd of betaald door anderen, voornamelijk zelfzorggeneesmiddelen en hulpmiddelen.
Zorgtoeslag daalt
Huishoudens met lage inkomens worden voor hun nominale premie gecompenseerd met de zorgtoeslag. Wat er aan zorgtoeslag is uitgekeerd is in eerdere jaren fors opgelopen. Ten opzichte van 2006 bedroeg de stijging ruim 60 procent. In 2014 werd ruim 4 miljard euro ontvangen aan zorgtoeslag, dat is ongeveer anderhalf miljard meer dan in 2006. Gemiddeld per persoon is de zorgtoeslag gestegen van 150 euro in 2006 naar 240 euro in 2014.
In 2014 werd wel minder zorgtoeslag uitgekeerd dan in 2013. De afname in 2014 komt mede door een daling van de nominale premie, waardoor minder mensen recht hadden op compensatie van een deel van de zorgkosten. In 2014 ontvingen ruim 5 miljoen mensen zorgtoeslag. In 2013 waren dit er nog bijna 5,4 miljoen. Ook het maximum inkomen waarmee aanspraak gemaakt kan worden op zorgtoeslag (voor alleenstaanden) is verlaagd, van ruim 35.000 euro in 2002 naar 28.500 euro in 2014. In 2015 is het maximuminkomen verder verlaagd naar 26.300 euro.