Dirk Jan Verbeek is per direct benoemd als interim-bestuurder van het LangeLand Ziekenhuis. Samen met Anne Jonkman vormt hij het ziekenhuisbestuur. Jonkman blijft voor beperkte tijd statutair verantwoordelijk bestuurder.
Verbeek gaat deze functie uitoefenen in combinatie met zijn huidige functie als voorzitter van de raad van bestuur van het Groene Hart Ziekenhuis (GHZ) in Gouda. De Coöperatie van ziekenhuizen waar het LangeLand Ziekenhuis (LLZ) samen met het GHZ, MC Haaglanden en het Bronovo Ziekenhuis deel van uitmaakt, heeft Verbeek voor benoeming voorgedragen. Van een opmaat tot een eventuele fusie tussen het LLZ en GHZ is dan ook geen sprake.
Coöperatie
De personele veranderingen binnen het LLZ-bestuur hebben te maken met de penibele financiële situatie van het LangeLand Ziekenhuis en de verdere integratie van het ziekenhuis in de Coöperatie. “De benoeming is een signaal dat de Coöperatie de problemen van het LangeLand serieus neemt en niet werkloos langs de kant gaat zitten”, stelt Verbeek.
Integratie
Om de problemen daadkrachtig aan te pakken mikt de Coöperatie op een versnelde integratie van het LLZ. Formeel betekent dit dat de drie andere ziekenhuizen eigenaar worden van het LLZ. Volgens Verbeek is een dergelijke stap nodig om het vertrouwen van andere belanghebbenden als de zorgverzekeraars, banken en de gemeente Zoetermeer te winnen. De Coöperatie gaat over een maand met deze partijen rond de tafel om het plan van aanpak nader in te vullen.
Schoon
“De banken en verzekeraars verwachten een duidelijke commitment van de andere Coöperatie-ziekenhuizen”, zegt Verbeek. Dit betekent niet dat de drie ziekenhuizen de tekorten van het LLZ zullen aanvullen. “Het is niet zo dat we geld overmaken naar Zoetermeer, al was het alleen maar omdat je geen algemene middelen mag gebruiken om de problemen van een andere rechtspersoon op te lossen. Het LLZ zal schoon door de poort moeten en de oplossing daarvoor moet uit de bedrijfsvoering van het LLZ komen.”
Keuzes
Dit betekent ondermeer dat er keuzes gemaakt moeten worden ten aanzien van het behandelaanbod van het LLZ. “Het LLZ is het levende bewijs van de noodzaak van spreiding en concentratie van zorg”, stelt Verbeek. “Een klein ziekenhuis dat van alles en nog wat doet, heeft geen kans van overleven.” Bij het soort zorg dat voor spreiding en concentratie in aanmerking komt, denkt Verbeek aan hoogcomplexe zorg met een laag volume, zoals oncologische heelkunde, vaatchirurgie en bariatrische chirurgie.
Brede opzet
Verbeek weerspreekt dat het LLZ daarmee wordt kaalgeplukt. “Met een schaal van 200 duizend inwoners is er in Zoetermeer en omstreken plaats voor een florerend ziekenhuis”, aldus Verbeek. “Het LLZ behoudt dan ook een breed opgezette polikliniek met toegang tot alle vakgebieden plus een kleine kliniek. Want als de Coöperatie-ziekenhuizen straks eigenaar zijn hebben ze er natuurlijk alle belang bij dat het LLZ op een normale manier geld kan verdienen.”
‘Wit op straat’
Daarnaast hoopt Verbeek de OK-capaciteit van het LLZ optimaal te kunnen benutten. Dit betekent dat de andere Coöperatie-ziekenhuizeneen deel van hun electieve functies in Zoetermeer zullen uitvoeren. Het plan van aanpak voorziet daarnaast in een sanering van “de achterkant” van het LLZ. Dit voornemen sluit aan bij de samenvoeging van de back offices die de Coöperatie-ziekenhuizen momenteel al ten uitvoer brengen. Bij het LLZ wordt deze maatregel versneld doorgevoerd. Dit moet er toe leiden dat er in de betrokken ziekenhuizen vooral -zoals Verbeek het formuleert- “veel wit op straat” is.
Eigen kracht
Van een eventueel verzoek tot steun aan het adres van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is volgens Verbeek geen sprake. “We proberen het op een gezonde manier te doen, uitgaande van eigen kracht”, reageert Verbeek. “Ik verwacht ook niet dat de NZa of VWS met een zak geld op ons staan te wachten.”