ActiZ meet periodiek de vraag naar intramurale zorg. “Er is variatie tussen regio’s, maar de leegstand neemt per meting toe”, vertelde Mireille de Wee, voorzitter van de ActiZ-kerngroep wonen en zorg, in Zorgvisie. Oud-hoogleraar Rudi Westendorp pleit voor het afbouwen van de traditionele verpleeghuiszorg tot een minimum en marktonderzoek te doen naar de wensen van ouderen. Maar ActiZ is het daar niet mee eens. Als de vraag weer toeneemt, kan er als je nu capaciteit afstoot niet snel genoeg meer worden bijgestuurd, aldus de branchevereniging.
Plekken behouden
Demissionair staatssecretaris Pouw-Verweij is het ermee eens dat kamers niet zomaar terugkomen. “Daarom moeten we moeten voorkomen dat we nu plekken verliezen die we later nodig hebben.” Ouderen die zijn aangewezen op een plek in het verpleeghuis moeten er volgens haar op kunnen rekenen dat deze dan ook beschikbaar is.
De bewindsvrouw is in diverse regio’s met zorgaanbieders het gesprek aangegaan over de veranderende vraag naar verpleeghuiszorg. “Het beeld van minder vraag naar ouderenzorg dan op grond van demografische trends verwacht had mogen worden, wordt vaak herkend.” Dat leidt niet in iedere regio of bij iedere aanbieder tot leegstand. “Het kan ook blijven bij een kortere wachtlijst dan voorheen.”
Financiële problemen
Pouw-Verweij hoort in de gesprekken dat zorgaanbieders waar enige sprake is van leegstand, participeren op de situatie door vastgoed flexibel in te zetten. “Voorbeelden zijn dat zij de samenwerking zoeken met de ggz of jongeren (tijdelijk) een plek geven in vrijgekomen kamers.”
Diverse aanbieders die te maken hadden met leegstand – zoals Avoord en EilandZorg – waarschuwen voor verliezen. ActiZ pleit voor financiële steun vanuit zorgkantoren, maar daar hebben de zorgkantoren geen trek in. Ook de staatssecretaris benadrukt dat het aan zorgaanbieders zelf is om in te spelen voor de veranderende vraag. “Zij zijn zelf verantwoordelijk voor een financieel gezonde bedrijfsvoering.” Pouw-Verweij meldt wel een vinger aan de pols te houden. “Mochten zich onverhoopt financiële problemen bij een verpleeghuis voordoen, dan treedt het continuïteitsbeleid in werking waarbij het zorgkantoor als eerste aan zet is om de ontstane situatie te beoordelen.”
Onderzoek
“Zorgaanbieders hebben helderheid nodig omtrent de vraagontwikkeling zodat zij kunnen sturen op de vraag van de toekomst”, vervolgt de staatssecretaris. Daarom heeft Pouw-Verweij het RIVM opdracht gegeven onderzoek te doen naar de verklaringen en of de afgenomen vraag een dip of een trend is.
Eerder noemde de staatssecretaris het goed nieuws dat de wachtlijst voor verpleeghuiszorg in een jaar tijd fors is afgenomen.
