26001 Fachkunde Güterkraftverkehr © Gajus / fotolia.com
De Friesland Zorgverzekeraar heeft een akkoord gesloten met twee van de drie eigenaren van de Sionsberg. De poliklinische zorg van het ziekenhuis kan de komende drie jaar verder. Over de anderhalvelijnszorg is nog geen akkoord gesloten.
Stichting Red De Sionsberg heeft de hoofdlijnen van het akkoord bekendgemaakt. De Cardiologie Centra Nederland (CCN) en DC-Klinieken kunnen de laag-complexe specialistische, poliklinische zorg voortzetten. Volgens de stichting is met de overeenkomst de contractopzegging van De Friesland feitelijk van de baan en is er nu duidelijkheid voor patiënten en het personeel van Sionsberg.
Als gevolg van het akkord kan de Sionsberg nu “eindelijk” doorgroeien naar een “innovatief ziekenhuis nieuwe stijl”, dat op termijn weer zeven dagen per week en 24 uur per dag open zal zijn. Ook verwacht de stichting dat de verloskundige hulp weer onderdak krijgt, kleine operaties worden uitgevoerd en dat de mogelijkheden voor spoedzorg die 24 uur per dag en 7 dagen in de week weer worden bekeken.
Geen ziekenhuis
Een woordvoerder van De Friesland laat echter weten dat de Sionsberg wat haar betreft geen ziekenhuis is, maar een polikliniek. Over de details van de overeenkomst met CCN en DC Klinieken kan de woordvoerder nog niets zeggen. De overeenkomst is volgens haar “onderdeel van een puzzel”, waar de toekomst van het anderhalvelijnscentrum een onderdeel van is.
Het anderhalvelijnscentrum is van de derde eigenaar van Sionsberg, ZuidOostZorg. Over het centrum is nog geen duidelijkheid. ZuidOostZorg heeft samen met de KwadrantGroep en de ziekenhuizen Medisch Centrum Leeuwarden en Nij Smellinghe een bieding gedaan om de zorg in Dokkum op zich te nemen. Met deze partijen spreekt De Friesland nog om ook hen aan boord te houden.
Toekomstbestendig
Deze zomer zegde De Friesland het contract met de drie eigenaren op omdat ze onderling sterk van mening verschilden over de taken die het medisch centrum op zich moest nemen. De zorgverzekeraar liet toen al weten voorstander te zijn van een anderhalvelijnscentrum, poliklinische zorg, waarin de huisarts als hoofdbehandelaar centraal staat. Uit onderzoek zou zijn gebleken dat zo’n centrum “wel toekomstbestendig” is.