AppleMark
“De patiënt als partner, de patiënt als co-producent in de zorg, de patiënt aan zet”, het is een ideaalbeeld waar veel patiënten niet aan kunnen voldoen. “De aandacht voor zelfmanagement en eigen regie is doorgeschoten in het gezondheidsbeleid”, stelt professor Jany Rademakers in haar oratie, waarmee zij op 13 mei de leerstoel Gezondheidsvaardigheden en patiëntparticipatie aan de faculteit Health, Medicine and Life Sciences van Maastricht University aanvaardt.
Rademakers doet bij het NIVEL al enige tijd onderzoek naar de vaardigheden die patiënten en consumenten nodig hebben om een actieve rol te kunnen spelen in het zorgproces, de zogenoemde gezondheidsvaardigheden.
Taal
“Veel mensen zijn gewoon niet in staat om op een actieve manier hun gezondheid te managen”, stelt zij vast. De helft van de mensen heeft moeite om de regie te nemen als het over de gezondheid gaat. “Dat komt doordat mensen de taalvaardigheden niet hebben, de kennis missen, niet weten waar ze de informatie vandaan moeten halen of het zelfvertrouwen niet hebben om vragen te stellen aan de dokter”, zegt de onderzoeker desgevraagd.
Zorgverleners, verzekeraars, patiëntenorganisaties en overheid zijn zich met zijn allen onvoldoende bewust geweest van deze problematiek, zegt Rademakers. Te veel werd er gedacht in termen van ‘de’ patiënt zonder oog te hebben voor deze diversiteit in wensen en mogelijkheden. Dit terwijl mensen met lage gezondheidsvaardigheden wél slechtere gezondheidsuitkomsten hebben. Rademakers’ onderzoek zal er dan ook op gericht zijn om meer kennis te krijgen hoe vaardigheden en uitkomsten precies met elkaar samenhangen.
Kleinere stappen
Daarnaast signaleert de onderzoeker dat veel zorgverleners worstelen met de situatie, er iets aan willen doen, maar niet weten hoe. Deze zorgverleners wil Rademakers handvatten geven om de afstanden tot hun patiënten met lage gezondheidsvaardigheden te verkleinen.
“Er bestaan al programma’s om het zelfmanagement te bevorderen, bijvoorbeeld bij chronisch zieken”, licht Rademakers toe. “Voor mensen met lage gezondheidsvaardigheden zou in die programma’s meer tijd en aandacht moeten worden uitgetrokken. Er zouden kleinere stappen kunnen worden gezet.”
De zorg zou in het algemeen meer afgestemd moeten worden op de behoeften en mogelijkheden van deze groep patiënten, bijvoorbeeld door het taalgebruik in folders makkelijker te maken en meer met plaatjes te werken.
Beleid
Tot slot ziet Rademakers dat zorgprofessionals binnen hun organisatie vaak weinig ondersteuning van het management ervaren. “Er is bij zorgorganisatie geen gericht beleid voor mensen die weinig zorgvaardigheden bezitten. Dat zou er wel moeten komen, zodat zorgverleners niet elke keer zelf het wiel moeten uitvinden”, aldus de onderzoeker.