Zorgverzekeraar Achmea wil de ontwikkeling van kwaliteitsindicatoren versnellen en vereenvoudigen. Met het oog op dit laatste moeten wat Achmea betreft de uitkomsten voor de klant centraal staan. Op deze manier kan het aantal indicatoren beperkt worden, waardoor de bureaucratie kan worden teruggedrongen.
Eén en ander werd duidelijk tijdens het recente kwaliteitscongres dat Achmea in Nieuwegein hield. Achmea is drie jaar geleden gestart met het programma ‘Kwaliteit van Zorg’ met als doelstelling om in vier jaar tijd 40 procent van het zorgaanbod transparant te maken aan de hand van uitkomstindicatoren.
Ongeduld
Dit ambitieuze tijdspad betekent dat Achmea niet wil wachten op de initiatieven van collega-verzekeraars of het Kwaliteitsinstituut. “Als je elkaar op de hoogte houdt hoef je niet op elkaar te wachten”, reageert Norbert Hoogers, divisievoorzitter Zorg van Achmea. “Je ziet dat de animo onder verzekeraars om gemeenschappelijke indicatoren te ontwikkelen er wel is, maar het mag wel sneller. Dat is geen verwijt aan de collega’s, maar ik ben ongeduldig.”
Transparantie is voor Achmea geen doel op zich, legt Hoogers uit, maar het vertrekpunt voor zorgverbetering. “Ik hoop dat we zo snel mogelijk een zo groot mogelijk deel van de zorg op indicatoren transparant hebben, dan kunnen we aandacht besteden aan waar het echt om gaat, namelijk verbeteren en het terugdringen van administratieve lasten.”
Wat programmamanager Robbert Huijsman betreft is de tijd van praten voorbij. “We zijn de discussie voorbij of de uitkomstindicatoren wel kloppen. We gaan er nu wat mee doen en dat is de zorg verbeteren en de klant laten zien wat die zorg oplevert.”
Schrappen
Ook voor Achmea zelf is dit geen vrijblijvende exercitie, blijkt uit Huijsmans woorden. “Ik ben intern de discussie aangegaan met de vraag: als dit nu werkt, welke lijstjes zullen we dan schrappen? Want de bureaucratie is echt doorgeschoten. En die bureaucratie ging vaak ook niet over de klant, het was de verzekeraar die zijn eigen verantwoording probeerde te organiseren of het was de professional die zijn technisch kunnen wilde laten zien.”
Zorginkoop
Achmea gebruikt de nieuwe kwaliteitsinzichten inmiddels ook bij de zorginkoop. Aanbieders die inzicht geven in de uitkomsten van de geleverde zorg en bereid zijn hun aanbod aan de hand van deze informatie continu te verbeteren, kunnen rekenen op meerjarige contracten. Juist deze week sloot Zilveren Kruis Achmea met negen ziekenhuizen een driejarig contract voor borstkankerzorg of staaroperaties zonder volumebeperking. Deze ziekenhuizen leveren volgens Achmea aantoonbaar hoge kwaliteit van zorg voor een passende prijs, hebben een duidelijke visie op zorg en ambities de kwaliteit nog verder te verbeteren.
Met deze nieuwe manier van contracteren wil Zilveren Kuis Achmea “in de gesprekken met zorgaanbieders een andere dynamiek realiseren die uitgaat van inkopen op kwaliteit en minder op prijs. Bovendien stimuleren we daarmee het transparant maken van de kwaliteit. Dit helpt verzekerden bij het maken van een keuze voor een ziekenhuis.”
Selectie
De zorgverzekeraar heeft de deelnemende ziekenhuizen geselecteerd uit een pilot in verschillende regio’s. “We hebben ziekenhuizen en zelfstandige behandelcentra gevraagd waarom zij in aanmerking zouden moeten komen voor een meerjarencontract op kwaliteit. Ook hebben we met alle zorgverleners gesprekken gevoerd over hun visie en ambities om deze zorg nog verder te verbeteren.”
Aan de pilot voor staaroperaties deden 29 aanbieders mee, en werden 5 geselecteerd: het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis (OLVG) in samenwerking met het Sint Lucas Andreas Ziekenhuis, Oogziekenhuis Rotterdam, Deventer Ziekenhuis, St. Jansdal, het Franciscus Ziekenhuis en het Lievensberg ziekenhuis.
Aan de pilot voor borstkankerzorg deden 6 ziekenhuizen mee, 4 werden er geselecteerd. Dit zijn het St. Antonius ziekenhuis, het Alexander Monro ziekenhuis, het Diakonessenhuis en Tergooi Ziekenhuis. Zij krijgen allemaal een driejarig contract vanaf 1 januari 2015.
Tussenscore
Zorgaanbieders die bang zijn in de toekomst niet meer gecontracteerd door te worden wanneer ze onvoldoende transparant zijn, kan divisievoorzitter Hoogers gerust stellen: “Wij nemen alleen geen zorg af van die leveranciers die niet voldoen aan de minimumeisen, dat is wat anders dan waar we het hier over hebben.”
“Zo gaan we dat niet doen”, zegt programmamanager kwaliteit Huijsman. “Het gaat Achmea oom de mogelijkheid om te verbeteren. Zelfs voor aanbieders die nu voorop lopen geldt dat het een tussenscore is. Ook een Olympisch kampioen moet telkens opnieuw in training om in de top drie te komen.”