Beeld: Courtney Haas / peopleimages.com / stock.adobe.com
De structurele personeelstekorten in alle zorgsectoren, met name in verpleeghuizen, thuiszorg en gehandicaptenzorg, eisen in toenemende mate hun tol. En dat heeft niet alleen gevolgen voor cliënten, maar ook voor zorgverleners.
Het CEG legt de nadruk op de morele dimensie van dit probleem. Zorgverleners weten wat goede zorg is, maar kunnen daar vaak niet naar handelen. Dat veroorzaakt morele stress: gevoelens van machteloosheid, frustratie en schuld. “We zijn gewoon aan het overleven”, zegt een begeleider in de gehandicaptenzorg. “Dat gaat ten koste van cliënten én van ons.”
Onmogelijke keuzes
Om de problemen in beeld te krijgen, liet het CEG 47 zorgverleners interviewen. Door onderbezetting moeten zorgverleners dagelijks beslissen wie zorg krijgt en wie niet. Dergelijke keuzes worden ervaren als onmogelijk.
Een wijkverpleegkundige: “Het werk dat normaal door vier mensen gedaan wordt, moet die dag door drie mensen gedaan worden. Dan ga je mensen overslaan, dat kan eigenlijk niet. Ga je dan op dubbel tempo? Dat is vaak de oplossing.”
Een begeleider in de gehandicaptenzorg vertelt hoe groepen kinderen soms worden afgebeld: “Dat breekt je. Je weet dat die kinderen en ouders het juist hard nodig hebben.”
Tekortschieten
Veel zorgverleners laten weten moeite te hebben met het gevoel regelmatig tekort te schieten. Een verzorgende in een verpleeghuis: “Je wilt naast iemand zitten en rust geven, maar er zijn ook mensen die op hun kamer bibberen. Het is gewoon te veel.”
Soms gaat het om levensbelang. Een wijkverpleegkundige, vertelt dat aanvragen voor terminale zorg worden afgewezen: “Mensen willen thuis sterven, maar dat kan niet door gebrek aan personeel. Dat vind ik echt triest.”
Grenzen
Veel zorgverleners werken extra diensten, slaan pauzes over en staan altijd ‘stand-by’. “Ik kan ze toch niet op bed laten liggen of in hun pyjama laten zitten?” zegt een verzorgende. Een ander ziet haar collega’s structureel over hun grens gaan: “Avonddiensten die er om 03.00 uur ’s nachts nog zijn. Dan zie je uitval.”
Het verantwoordelijkheidsgevoel is groot, maar leidt tot uitputting en burn-out. “We werken niet met computers, maar met mensen waar je om geeft”, zegt iemand. “Dan blijf je toch langer, ook al weet je dat het niet goed voor je is.”
Invalkrachten
Het tekort wordt deels opgevangen met zzp’ers en uitzendkrachten, maar dat brengt nieuwe problemen. Een woonbegeleidster ziet cliënten stress en zelfverwonding vertonen door gebrek aan vertrouwdheid: “Als het wekelijks gebeurt in plaats van eens in de twee maanden, is dat heftig.”
Een kwaliteitsverpleegkundige benoemt de gevolgen in een andere context: “Voor mensen met dementie is het echt ontzettend vervelend als je weer het zoveelste andere gezicht krijgt.”
Oplossingen
Aan mogelijke oplossingen voor de problematiek ontbreekt het de zorgverleners niet. Ze kunnen daar alleen niet zonder hulp aan werken. In het rapport komen de geïnterviewden met een flinke lijst aan concrete voorstellen:
- Administratielast verlagen: minder papierwerk, meer tijd voor cliënten;
- Technologie inzetten: hulpmiddelen zoals medicijndispensers en beeldzorg, al waarschuwen sommigen voor verlies van persoonlijk contact;
- Goede begeleiding van stagiaires: voorkom dat nieuwkomers afhaken;
- Samenwerking met mantelzorgers en vrijwilligers: kan verlichting bieden, mits goed georganiseerd;
- Meer ondersteunend personeel: gastvrouwen en afdelingsassistenten ontlasten zorgverleners;
- Zelfredzaamheid stimuleren: preventie en digitale hulpmiddelen om zorgvraag te verminderen;
- Beroep aantrekkelijker maken: betere arbeidsvoorwaarden, scholing, flexibiliteit en een positief imago;
- Reële verwachtingen scheppen: overheid en instellingen moeten duidelijk communiceren dat zorg schaars is.
Dringende oproep
Volgens het CEG wordt de morele last van het personeelstekort oneerlijk verdeeld: zorgverleners dragen de fysieke én emotionele consequenties, terwijl politieke keuzes uitblijven. Dit ondermijnt hun professionele identiteit en vergroot uitstroom.
Het rapport eindigt met drie dringende oproepen aan politiek en samenleving:
- Maak structurele keuzes over prioriteiten en aanvaardbare zorgkwaliteit;
- Voer een publiek debat over rechtvaardige verdeling en solidariteit;
- Betrek zorgverleners als volwaardige gesprekspartners bij beleid en organisatie.
De verhalen in het rapport tonen een zorgsector die piept en kraakt. De problematiek waar zorgverleners als gevolg van de personeelstekorten mee te maken krijgen, is niet alleen praktisch, maar raakt ook aan de ethiek van de zorgverlening.
Tot slot volgt de constatering dat zonder duidelijke keuzes de kern van goede zorg – aandacht, menselijkheid en rechtvaardigheid – verloren dreigt te gaan.

