Slechts een klein deel van de vrijheidsbeperkende maatregelen is bekend bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Dat stellen verschillende deskundigen woensdagavond 28 september tijdens het debat van Skipr en Vilans over vrijheidsbeperking.
Meldingen
Hoogleraar Ethiek Hans Reinders, Brenda Frederiks, universitair hoofddocent Gezondheidsrecht en verpleegkundig specialist Sandra de Wit zijn het er tijdens het debat roerend over eens: van elke vrijheidsbeperkende maatregel moet bij de IGZ een melding worden gedaan, maar heel veel wordt niet gemeld. Naast het geschatte aantal van veertig cliënten dat in een vergelijkbare situatie verkeert als de 18-jarige Brandon die begin dit jaar in het nieuws kwam, zijn er nog tal van andere situaties. Hiervan is slechts een fractie bekend bij de IGZ, aldus de deskundigen.
Wetsvoorstel
Of de nieuwe Wet Zorg en Dwang het aantal vrijheidsbeperkende maatregelen zal terugdringen, blijft de vraag. De deskundigen die bij het debat aanwezig zijn reageren sceptisch. “Eigenlijk zou je helemaal geen wet nodig moeten hebben, maar er gebeuren wel dingen waardoor we situaties op de werkvloer moeten waarborgen”, aldus Brenda Frederiks. “Waarborgen doen we nog niet, maar er komt wel een wet. En die biedt heel veel vrijheid, maar er kijkt niemand over de schouder mee van de professionals. Het gevaar bestaat dat een cliënt agressief gedrag vertoont, waarom kijk je dan niet meer naar het gedrag?”
Geen verandering
Hoewel de deskundigen aan tafel het veelal met elkaar eens zijn, heeft Erwin Wieringa er een hard hoofd in dat er ook daadwerkelijk iets gaat veranderen. Wieringa is oprichter van Stichting De Toekomst en probeert daarmee naar eigen zeggen Nederland te deinstitutionaliseren en noemt zichzelf onafhankelijk belangenbehartiger en opinieleider ten behoeve van mensen met een handicap. “We zitten hier weer met een gezelschap waar iedereen het met elkaar eens is, maar ik voer al veertig jaar dezelfde discussie en er gebeurt zo weinig. In Nederland heerst geen cultuur waarbij mensen vaak aan de bel trekken. Er is geen diep besef, groeperingen of politieke partijen die zich consequent met dit soort zaken bezig houden. Begin dit jaar was het de EO, soms is het een ouder.” Frederiks vult aan: “En de politiek is niet deskundig genoeg om met een wetsvoorstel aan de slag te gaan.” De enige manier waarop het volgens Wieringa nog goed kan komen is als er mensen voor verstandelijk beperkten opkomen. “Dat is de verbindende schakel.”