Flexzorg ontving in de jaren 2016, 2017 en 2018 bedragen van de gemeenten in verband met zorg die Flexzorg zou hebben verleend op grond van de Wmo en de Jeugdwet. In 2020 oordeelde een rechtbank dat er sprake moet zijn geweest van fraude bij de zorgaanbieder en dat de gemeenten recht hadden op een vordering van bijna 160.000 euro, plus rente en kosten.
Overeenkomst
De bestuurders en de gemeenten gingen vervolgens met elkaar in overleg en kwamen tot een overeenkomst. Er werd een bedrag van 168.000 euro aan de gemeente betaald tegen “onherroepelijke finale kwijting”. Finale kwijting betekent dat partijen afspreken dat zij niets meer van elkaar te eisen hebben na betaling van een bepaald bedrag. dat wil zeggen dat de schuldeisers de verder nog openstaande schulden kwijtschelden.
Maar afgelopen augustus werden de bestuurders strafrechtelijk veroordeeld voor valsheid in geschrifte. Nu vinden de gemeenten dat ze recht hebben op ruim vijf ton. De gemeenten stellen dat deze vordering niet onder het bereik van het finale kwijtingsbeding valt. Voor zover dat wél zo is vinden de gemeenten dat zij dat beding kunnen vernietigen op grond van dwaling of bedrog.
Gebonden
De rechtbank wijst de vordering van de gemeenten af. Volgens de rechtbank is in het finale kwijtingsbeding geen beperking is opgenomen. Ook blijkt niet dat het de bedoeling van partijen was om het beding te beperken tot al bestaande of bekende vorderingen en dat het betrekking heeft op alle mogelijke civielrechtelijke vorderingen van de gemeenten op Flexzorg en de bestuurders die voortvloeien uit de raamovereenkomsten.
“Hoewel sprake is van ernstige en volstrekt ontoelaatbare fraude door de bestuurders ten koste van de gemeenschap en hulpbehoevende kwetsbare mensen, zijn de gemeenten gebonden aan de met de bestuurders gesloten vaststellingsovereenkomst”, aldus de rechtbank.
Dat is duur leergeld voor de juristen van deze gemeentes.
Wordt tijd voor een zwartboek voor alle gemeentes waar ze een VOG kunnen aanvragen voor zorgaanbieders voor een beoogde overeenkomst.