Mark Janssen, bestuursvoorzitter Zorginstituut. Foto: Paul Tolenaar
Janssen deed zijn uitspraken tijdens het Congres Passende Zorg van Zorgvisie, op dinsdag 28 oktober in Utrecht. Als belangrijkste adviseur van de overheid voor het pakketbeheer zit het Zorginstituut midden in de politieke discussie die de afgelopen twee weken in de verkiezingsstrijd losbrandde over het beheer van het basispakket.
Janssen vindt dat ongelukkig. “De manier waarop die discussie nu wordt gevoerd, over bevriezing van het basispakket, is de verkeerde invalshoek.” Hij doelt op de ongelukkige manier waarop politieke partijen ten behoeve van de doorrekening van hun verkiezingsprogramma’s hebben moeten kiezen voor al dan niet bevriezing van het basispakket en elkaar daar in het debat naar de verkiezingen op zijn gaan afrekenen.
Wetswijziging
“Het is een verkeerde voorstelling van zaken, want zo werkt het helemaal niet. Als je bevriezing van het pakket alleen al mógelijk zou willen maken, heb je een wetswijziging nodig. Ik heb niet het idee dat ook maar één politieke partij daar op uit is. Wat wel belangrijk is, is dat we een overheid en zorgpartijen hebben die samen de boodschap uitdragen dat de zorg eindig is.”
Liever praat Mark Janssen over passende zorg, en hoe dat de samenstelling van het pakket zal gaan beïnvloeden. “De zorg is een vloot van olietankers, waarop ondertussen zo’n 1,5 miljoen mensen werken. Daar verandering in aanbrengen is een kwestie van jaren. En ik zou de politiek vooral willen oproepen: geef alle partijen die daaraan werken de tijd om die verandering door te maken.”
Defensie
Van belang noemt hij de sectorakkoorden IZA, AZWA en HLO. “Die hebben we nodig, want daarin hebben alle koepels binnen zorg en welzijn zich op de lange termijn gecommitteerd aan een aantal belangrijke doelstellingen: het terugbrengen van het arbeidsmarkttekort met 100.000 fte’s per eind 2028 en het zorgen voor gelijkwaardiger toegang tot passende zorg, terwijl de wachttijd voor die zorg binnen de norm wordt gebracht.” Daar wordt hard aan gewerkt, wil Janssen maar zeggen en daar heeft de zorg enige ruimte en vooral wat tijd voor nodig.
Dat de zorg geld zal moeten opbrengen om de stijgende kosten op Defensie mogelijk te maken. is in Janssens ogen onvermijdelijk. “In de zorg gaat veel geld om, dus dat ze daaraan moet bijdragen is in mijn ogen gezien de geopolitieke situatie volkomen logisch. Hoe die bijdrage moet gaan plaatsvinden, daar wordt naar gekeken.”
Maar Janssen ziet nog een andere druk op de Nederlandse zorg vanuit de internationale context: “In de VS zet de regering-Trump de farmaceutische industrie zwaar onder druk om veel meer te produceren in de VS, tegen voor Amerikanen veel lagere prijzen. Wij proberen als Zorginstituut in te schatten wat de impact daarvan gaat zijn op onze zorg. Een te verwachten scenario vormen wat dat betreft verder groeiende medicijntekorten.”
Dweilen met de kraan open
Niet bevriezing maar beheer van het pakket volgens de beginselen van passende zorg is volgens Janssen de beste strategie om dergelijke tegenslag tegemoet te treden. Hij geeft enkele voorbeelden. “We hebben als Zorginstituut het afgelopen jaar twee kankermedicijnen – zogeheten PARP-remmers – herbeoordeeld en voor enkele groepen patiënten uit het pakket gehaald omdat ze voor hen niet tot langere overleving leiden, maar wel ernstige bijwerkingen geven. En zogenoemde (neo)adjuvante geneesmiddelen bij kanker in een vroeg stadium willen we vaker gaan herbeoordelen. Dat zijn moeilijke keuzes waarbij op individueel niveau iemand zich geraakt voelt, maar die keuzes maken we op doordachte, zorgvuldige wijze wel.”
Op vergelijkbare wijze – nog een actueel heet hangijzer – bemoeit het Zorginstituut zich met de nieuwe generatie afslankmiddelen op de markt. Janssen: “Als het aan de farmaceut had gelegen, dan hadden we Wegovy in het pakket opgenomen voor iedereen met een bmi van 27 of hoger. Nou, dan heb je het in ons land over 4 miljoen mensen en kosten ter waarde van minimaal 10 miljard euro. Echter als we preventie, leefstijl en leefomgeving niet meenemen in dit verhaal, dan wordt het via het basispakket dweilen met de kraan open.”

