Nederland concurreert met achttien andere EU-lidstaten die ook het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) willen binnenhalen. De sluitingstermijn voor de biedingen van het agentschap dat nu in Londen zetelt, verliep om middernacht. Door het vertrek van de Britten uit de EU moet het EMA er in 2019 weg.
De Nederlandse regering wil een gloednieuw gebouw aan de Zuidas laten bouwen om het EMA te huisvesten. Onder andere Barcelona, Bonn, Kopenhagen, Lille, Milaan en Stockholm dingen mee, blijkt uit een lijst die de Europese Commissie dinsdag heeft gepubliceerd. De commissie gaat alle aanbiedingen nu op “objectieve wijze” beoordelen.
In juni sloten de EU-leiders op een top in Brussel een akkoord over de criteria waar het agentschap aan moet voldoen. Zo moet het EMA, dat waakt over de kwaliteit en veiligheid van geneesmiddelen, operationeel blijven als Groot-Brittannië uit de EU vertrekt. Minister Edith Schippers (Volksgezondheid) beloofde vorige maand bij de presentatie van het Nederlandse bod een “naadloze” verhuizing naar het nieuwe gebouw, dat “op maat” wordt gemaakt voor de behoeften van het agentschap.
Ook moet de locatie vanuit het buitenland goed bereikbaar zijn, moet het personeel en hun gezinsleden toegang hebben tot gezondheidszorg en arbeidsmarkt en dienen er scholen te zijn voor de kinderen van de staf.
Resultaat van de beoordeling
Op 30 september wordt het resultaat van de beoordeling door de commissie gepubliceerd. Daarna moeten de lidstaten het eens worden over de toewijzingen. Het besluit valt in november. (ANP)