Jorijke Koelewijn verloor in de medische nasleep van een verkeersongeval haar beide onderbenen. Ze houdt het Antoniusziekenhuis in Nieuwegein verantwoordelijk voor de dubbele amputatie. Dit schrijft het Algemeen Dagblad (AD).
Jorijke Koelewijn raakte in 2009 tijdens een vakantie in Zuid-Afrika samen met haar man betrokken bij een zwaar ongeluk. Ze belandde met interne bloedingen en gedeeltelijk verbrijzelde onderbenen op de trauma-afdeling van een lokaal ziekenhuis. Een traumateam redde haar leven, waarna zij gedurende enkele weken door een orthopedisch chirurg werd behandeld.
Zes weken na het ongeluk keerde Koelewijn terug naar Nederland en belandde ze in het Antoniusziekenhuis in Nieuwegein. Volgens de letselschade-advocaat Martin de Witte ging vervolgens alles fout wat fout kon gaan en stapelden zaalartsen en verplegend personeel blunder op blunder, aldus De Witte. Als gevolg van niet meer te bestrijden infecties werden uiteindelijk beide benen afgezet.
Hoorzitting
Inmiddels onderneemt Koelewijn stappen tegen het ziekenhuis en is er een speciale hoorzitting geweest, waar de trauma-arts die haar heeft behandeld in Zuid-Afrika aanwezig was. Volgens het AD zei hij: “Ze ging hier weg met een rechterbeen dat zeker zou genezen en met een linkerbeen dat slechter was, maar niet verloren. Ik begrijp dat het echtpaar terug wilde naar Nederland, maar als ze hier waren gebleven, was dit niet gebeurd. Over mijn Nederlandse collega oordeel ik niet. Ik constateer alleen dat er onbegrijpelijke dingen zijn gebeurd”.
Het Antoniusziekenhuis gaat niet in op de beschuldigingen, laat woordvoerder Marie-Jeanne Douven weten aan het AD. “Daar is het te vroeg voor. Er is tenslotte nog geen zaak. We begrijpen dat de familie wil weten hoe de behandeling van destijds is verlopen. Daar verlenen we alle medewerking aan.”
Koelewijn gaat een schadeclaim indienen. Ze zegt nooit enige vorm van mededogen te hebben ontmoet van het Antonius, laat staan een spijtbetuiging. “Die zal er alsnog moeten komen. Ik wil genoegdoening. We hopen ook dat het ziekenhuis ervan leert en dat het andere patiënten in de toekomst bespaard blijft.”