© marchmeena29 / Getty Images / iStock
In het onderzoek (.pdf) hebben ze de ruim 40.000 leden van SoloPartners, de brancheorganisatie voor zzp’ers in de zorg, gevraagd naar hun verwachtingen en voorkeuren. 1.742 respondenten reageerden op de vragen. Het onderzoek is gepubliceerd in economisch vakblad Economisch Statistische Berichten (ESB).
Conservatieve schatting
Waarschijnlijk gaat het om een conservatieve schatting, merken de onderzoekers op. Een kleine, maar significante groep zelfstandigen weet nog niet wat ze gaan doen in reactie op het handhaven van schijnzelfstandigheid.
In het onderzoek zeggen zelfstandigen het gevoel te hebben dat ze zich gedwongen worden door de situatie. Ik ga starten in een baan buiten de zorg, dit is een besluit dat ik heb genomen i.v.m. de heksenjacht op de zzp’ers”, schrijft een zzp’er die stopt in de zorg.
Onduidelijkheid
Dit geldt ook voor de mensen die wel in loondienst gaan. “Door de onduidelijkheid van de wet DBA zijn de zorgorganisaties niet te overtuigen om mij in te huren als zzp’er. Ik ben dan een soort gedwongen om in loondienst te werken”, schrijft een zzp’er.
In totaal is 5 procent van alle respondenten in het onderzoek gestopt als zzp’er. Dit komt overeen met het percentage dat de Kamer van Koophandel heeft gemeld voor de laatste zes maanden in de zorg.
Onervaren zzp’er stopt
Uit het onderzoek blijkt ook dat vooral oudere en relatief onervaren mannelijke zzp’ers stoppen als zelfstandige. Hoe meer ervaring een zzp’er heeft, hoe minder kans er is dat die persoon stopt. Zo blijft 95 procent van de zzp’ers met meer dan twintig jaar ervaring werken als zelfstandige. Maar voor mensen met maar één jaar ervaring is dit 70 procent.
Uit het onderzoek blijkt nogmaals dat zelfstandigen vooral voor zichzelf willen werken door de vrijheid en flexibiliteit. Een meerderheid zou dan ook niet in loondienst gaan. De opstellers van het onderzoek merken dan ook op dat het belangrijk is om duidelijkheid te scheppen over de criteria voor schijnzelfstandigheid, maar ook om werken in de zorg aantrekkelijk te maken. “Aandacht voor flexibiliteit en autonomie, redenen waarom veel professionals zzp’er zijn geworden, lijkt daarbij cruciaal.”


De vakbonden, de stoere werkgevers, de meerderheid in de Tweede Kamer en de Minister van SoZa hebben hun zin: extra 10.000 zzp-ers definitief voor de zorg verloren! Nu nog de huisartsenzorg beperken, toch?
Het wordt tijd om vanwege de huidige “jacht naar het steeds meer beperkt aantal sollicitanten” door werkgevers om te zetten naar nieuwe verhoudingen! Er is een toenemende “vraag-markt” en de huidige praatcultuur om CAO’s af te sluiten en loonkosten te beperken is “van vroeger” ! Oa verpleegkundigen en verzorgenden zijn nauwelijks “georganiseerd” en wensen al jaren een reparatie van de loon- en pensioenkloof ( nu nog 7% ). De flexibele werkweek en randvoorwaarden ( oa huisvesting in nabijheid van werk, 24 uurs kinderopvang, passende bekostiging van woon/werkvervoer, zeker op onregelmatige werkuren) en inhaal van loonniveau ten opzichte van oa PABO voor HBO- verpleegkundigen. Daarover hoeft men niet meer te praten, maar regelen! Dat praten kost op den duur immers meer dan het resultaat. Maximaal één CAO voor de gehele sector Zorg is wenselijk ipv gepraat over regionaal werkgeverschap. Welke werkgever stopt het praten en obsoleet CAO gemompel en biedt marktconforme beloning en randvoorwaarden? De sector zorg wordt als “Publiek” beschouwd, maar heeft geen ambtelijke status, dus is een truc om zorgkosten te besparen. De overheid lijkt zorg nog steeds als onkosten te beschouwen! Laat de markt maar zegenvieren en ongerust of gerust kijken naar de toekomst, toch?