Het Regionaal tuchtcollege voor de gezondheidszorg (RTG) in Den Haag een officiële waarschuwing uitgedeeld aan een als triage-assistent werkzame verpleegkundige en een huisarts uit de Rotterdamse regio. De klacht betrof het functioneren van de twee rondom het overlijden van een negenjarig meisje, twee jaar geleden. Dat meldt Bijzijn.
Overlijden
De ouders van het kind meldden zich telefonisch bij de triage-assistent. Die informeerde naar de ziekteverschijnselen van de dochter en nodigde de familie daarop uit om naar de huisartsenpraktijk te komen. Na enige tijd in de wachtkamer te hebben doorgebracht, werden ze door de huisarts binnengelaten. Deze onderzocht het kind en stelde de diagnose roodvonk. De ouders en kind werden met een recept voor antibiotica heengezonden. Enkele uren later overleed het kind.
Procedure
De ouders spanden bij het RTG een procedure aan tegen de twee zorgverleners dat in hun ogen niet zorgvuldig te werk is gegaan. Hier toont het RTG zich nu op punten mee eens.
Oordeel tuchtcollege
De verpleegkundige had volgens het RTG uit het telefoongesprek kunnen opmaken dat de situatie urgent was. Hij had de huisarts moeten voorbereiden op de komst van een heel ziek kind. De huisarts had het kind volgens het RTG op haar beurt grondiger moeten onderzoeken. De diagnose roodvonk was bij de zich voltrekkende ziekteverschijnselen minder voor de hand liggend.
Volgens het RTG had de arts het kind beter kunnen doorverwijzen naar het ziekenhuis. Daaraan wil het RTG uitdrukkelijk niet de conclusie verbinden dat het kind daar zondermeer gered had kunnen worden, aldus Bijzijn.