Beeld: Adobestock
Alle sectoren zagen de resultaatmarge, het resultaat in verhouding tot de totale opbrengsten, stijgen. Bij de vvt ging dit van 2,2 procent in 2023 naar 3,7 procent in 2024. In de gehandicaptenzorg, de ggz en de ziekenhuizen steeg het percentage naar respectievelijk 2,5 procent, 2,4 procent en 2,2 procent.
Hogere tarieven Wlz
De grote vier zorgsectoren samen zagen het resultaat met 2,4 miljard euro stijgen. Als percentage van de bedrijfsopbrengsten steeg de marge van 1,9 procent naar 2,7 procent.
De totale opbrengsten stegen met 8,2 procent naar 89,1 miljard euro. De groei werd vooral veroorzaakt door hogere tarieven. Vooral binnen de Wet langdurige zorg (Wlz) stegen de opbrengsten relatief veel, namelijk met 10 procent. De opbrengsten uit de zorg die wordt betaald door de Zorgverzekeringswet (Zvw) namen minder sterk toe, namelijk met 7,5 procent.
PNIL-kosten
De kosten van de grote zorgsectoren stegen met 7,3 procent naar 86,7 miljard euro. Vooral de arbeidskosten stegen hard als gevolg van een flinke stijging van de cao-lonen.
De kosten voor zogeheten personeel niet in loondienst (PNIL), zoals uitzendkrachten en zzp’ers, stegen met slechts 3 procent naar 4,8 miljard euro. Een jaar eerder stegen deze kosten nog met maar liefst 11,5 procent.
Voor het eerst in jaren daalde ook het aandeel van deze kosten in de totale personeelskosten, namelijk van 8,8 procent in 2023 naar 8,4 procent in 2024. In de gehandicaptenzorg bleef het aandeel van kosten van externe krachten met 12,6 procent het grootst, terwijl het bij de ziekenhuizen met 5,0 procent het kleinst was.


De hogere rendementen zijn volgens de analyse van EY Barometer Gezondheidszorg 2025 veroorzaakt door het uitstellen van noodzakelijke investeringen van € 11 miljard in gebouwen, infrastructuur en technologie in de periode 2019 – 2024. Daardoor komen de kapitaallasten lager uit en de cashflow hoger. Gecorrigeerd hiervoor zouden de rendement 0,7% lager uitkomen met een lagere cashflow en lagere solvabiliteit.