De Nederlandse onderzoekfinanciering is versnipperd en te zeer gericht op korte termijnplannen en individuele competitie tussen onderzoekers. Dat stelt voorzitter Jeroen Geurts van ZonMW in het online relatiemagazine Mediator.
In zijn column constateert Geurts dat het zorglandschap versnipperd is. Deze versnippering weerspiegelt zich volgens Geurts ook in het zorgonderzoek; er is te weinig samenwerking, ieder probeert voor zichzelf het wiel uit te vinden en de uitkomsten worden nog te weinig in de praktijk toegepast.
Volgens Geurts, die sinds 1 januari voorzitter is van ZonMW, is de huidige financieringsmethodiek mede debet is aan deze versnippering. “Als onderzoekers steeds maar weer paniekerig aanvragen moeten schrijven om met kleine projectjes de salarissen van hun onderzoekers aan elkaar te knopen, dan schiet het natuurlijk niet op met die bestendigheid”, stelt Geurts. “Nederlandse onderzoekfinanciering is te zeer gericht op korte termijnplannen en individuele competitie tussen onderzoekers.”
Volgend level
Dit moet wat Geurts betreft anders als het nieuwe kabinet straks extra geld voor onderzoek vrijmaakt. De voorzitter van ZonMW spreekt in dit verband van “een topplan om al die creatieve energie in medisch-wetenschappelijk Nederland naar het volgende level te tillen”. In dit verband wil hij dat dit eventuele extra geld naar Canadees voorbeeld gereserveerd wordt voor onderzoeksteams die tot de absolute top behoren. Voor de komende jaren van geldzorgen bevrijd kunnen deze game changers zich concentreren op hun onderzoekactiviteiten.
Vragen
Aan deze ‘Spinozapremie voor teams’ of ‘Zwaartekracht nieuwe stijl’ kleven nog de nodige vragen, erkent Geurts. “Hoe groot moet zo’n team zijn om aanspraak te kunnen maken op de subsidie? En hoe goed moet het zijn? En wie bepaalt dat? Gaan we de rijken niet rijker maken en de armen armer?” Om antwoord te krijgen op deze vragen wil ZonMW de komende maanden een brede discussie voeren.