Zorgaanbieders worden opener over calamiteiten, aldus de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ). Ze gaan over foute en verkeerd uitgepakte behandelingen veel vaker het gesprek aan met de betrokken patiënt en of dierbaren over wat er is voorgevallen. Ook betrekken ziekenhuizen, verpleeghuizen en thuiszorginstellingen deze mensen meer bij het onderzoek ernaar.
In 2013 werden patiënten, naasten en nabestaanden in nog geen 20 procent van de gevallen betrokken, in 2016 was het percentage al gestegen naar 80. De Inspectie constateerde eveneens dat calamiteitenonderzoeken door zorginstellingen zelf steeds beter worden.
Volgens een woordvoerder stimuleert de inspectie deze openheid niet alleen, instellingen hechten zelf ook veel meer belang aan transparantie. Ze kunnen van de gebeurtenissen leren en wekken door die openheid ook meer vertrouwen op.
Meldingen
Het aantal calamiteitenmeldingen stijgt ook, mede door de oproep van de IGJ om twijfelgevallen te melden. Calamiteiten worden steeds vaker als zodanig herkend. In 2013 kwamen bijna achthonderd meldingen binnen, in 2016 waren het er ruim 1300. (ANP)