492107546
Het aantal faillissementen in de zorg ligt op het laagste niveau in tien jaar, dit ondanks het toegenomen risicoprofiel van zorginstellingen. Uitzondering is de VVT-sector waar het faillissementsrisico juist is toegenomen. Dat constateert financieel adviesbureau Finance Ideas in de jaarlijkse ZorgRating Benchmark.
Gemiddeld hebben zorginstellingen hun financiële positie weten te verbeteren, zo constateert Finance Ideas. Daarmee sluiten de zorginstellingen aan bij de trend in het Nederlandse bedrijfsleven. Zorginstellingen binnen de gehandicaptenzorg kennen het laagste faillissementsrisico, gevolgd door ziekenhuizen.
De financiële zelfstandigheid en verantwoordelijkheid van zorginstellingen is door de afschaffing van het bouwregime en de introductie van prestatiebekostiging toegenomen. Dit leidde aanvankelijk tot een hoger risicoprofiel in de zorg. Als gevolg hiervan was er in 2013 zelfs een piek in het aantal uitgesproken faillissementen. Bekende voorbeelden van faillissementen zijn Zorggroep Passana, Ruwaard van Putten Ziekenhuis en TSN.
Maar mede door de strengere financiële eisen van interne toezichthouders en externe partijen hebben de meeste zorginstellingen sindsdien hun financiële positie weten te verbeteren. Financiële eisen zoals solvabiliteit zijn de afgelopen tien jaar aangescherpt van circa 8 procent naar 25 procent.
Zwakkere positie
Opvallend is dat financiële prestaties onderling flink verschillen. De meest recente benchmark van ZorgRating, die de financiële positie van circa 700 instellingen in kaart brengt, geeft aan dat zorginstellingen binnen de verpleging en verzorging op dit moment een aanzienlijk zwakkere kredietwaardigheid dan vijf jaar geleden hebben. De afgelopen jaren is deze sector geconfronteerd met verdere extramuralisering, tariefkortingen en in 2016 kwam daar de eenmalige onregelmatigheidstoeslag bij. Dit heeft de reeds beperkte marge verder onder druk gezet.
De geestelijke gezondheidszorg lijkt daarentegen een licht financieel herstel te vertonen, maar ook daar is de financiële positie voor een groot deel van de instellingen nog fragiel. De financiële positie van de gehandicaptenzorg is daarentegen behoorlijk solide.
Omvang
Daarnaast laat ZorgRating zien dat er een duidelijke relatie is tussen de kredietwaardigheid en de omvang van zorginstellingen. Kleine instellingen zijn instabieler dan zorginstellingen met een grotere omvang. Dit verklaart ook de zwakke positie van de sector van verpleging en verzorging; hier zijn relatief veel kleinere instellingen. Circa 40 procent van de VVT-aanbieders heeft een omzet tussen de vier en twaalf miljoen euro, zeven procent meer dan de zorgsector als geheel. Zorginstellingen met een omzet groter dan 60 miljoen euro zijn volgens Finance Ideas circa anderhalf keer stabieler dan de andere categorie.
Ziekteverzuim als voorspeller
Een andere opvallende correlatie is die tussen ziekteverzuim en kredietwaardigheid. Zorginstelling met een relatief hoge ZorgRating blijken ook een lager ziekteverzuim te kennen. Het gemiddelde ziekteverzuim van de zorginstellingen met de hoogste ZorgRating ligt met 4,5 procent in 2016 aanzienlijk lager dan het gemiddelde van de zorginstellingen met de laagste ZorgRating. Deze groep kent een gemiddeld ziekteverzuim van 6,2 procent in 2016. Ter verklaring van de correlatie stelt Finance Ideas dat een lager ziekteverzuim leidt ook tot lagere kosten. Daarnaast kan het ook een indicator zijn van een hoge mate van tevredenheid onder het personeel, wat leidt tot financieel goede resultaten.