Begin maart legde de inspectie Veerkracht een aanwijzing op. De inspectie zag onder meer dat er vrijheidsbeperkende maatregelen werden toegepast, zonder dat hier een wettelijke grondslag voor was.
Schreeuwen en schelden
Verder schiet de bestrijding van (veiligheids)risico’s tekort en zijn er onvoldoende doelgerichte plannen om de jeugdigen te helpen. “Ook ontbreekt bij Veerkracht een positief, gezinsgericht en pedagogisch ontwikkelklimaat”, constateert de inspectie. Sommige begeleiders schreeuwen “met regelmaat” tegen de jongeren en er worden zelfs jeugdigen door dergelijke medewerkers “uitgescholden”. Veerkracht moest uiterlijk 24 mei voldoen aan de normen voor verantwoorde jeugdhulp. Tot die tijd mocht Veerkracht geen nieuwe jeugdigen aannemen.
Drie maanden verder ziet de IGJ weinig verbetering. “Nog altijd zijn er ernstige tekortkomingen in de jeugdhulp. Veerkracht voldoet aan geen van de normen uit de aanwijzing.” Zolang de aanbieder niet aan de normen uit de aanwijzing voldoet, houdt de inspectie de cliëntenstop in stand.
Dwangsom
Om ervoor te zorgen dat de aanwijzing alsnog wordt nageleefd, legt de IGJ een last onder dwangsom op. De dwangsom bedraagt 5.000 euro voor iedere 4 weken dat Veerkracht niet voldoet aan de gestelde eisen, met een maximum van 10.000 euro. Als de instelling binnen een maand aan de last voldoet, hoeft zij de dwangsom niet te betalen.
