Dat de druk op de zorg groot is, hoef ik niet uit te leggen. De cijfers spreken voor zich: de zorgvraag stevent af op een piek in 2030. Als we niks doen, loopt het personeelstekort op tot 266.000 zorgmedewerkers in 2034. Niet alleen voor zorgprofessionals is de werkdruk en het tekort aan medewerkers nu al dagelijks voelbaar; ook patiënten merken het. Mensen kunnen in sommige gemeenten niet altijd snel terecht bij hun huisarts of hebben te maken met lange wachtlijsten in de ggz en verpleeghuiszorg.
Het lijkt me dus evident dat de uitdagingen in de zorg prioriteit moeten krijgen. Inzetten op minder regeldruk en slimme AI-toepassingen alleen is niet genoeg. We kunnen in de toekomst simpelweg niet meer alle zorg blijven leveren en zullen dus scherpe keuzes moeten maken.
Dilemma’s
Toen ik de verkiezingsprogramma’s las, was ik in eerste instantie hoopvol. Zo stelt VVD dat ze wil prioriteren en eerlijke keuzes wil maken ‘om de betaalbaarheid en kwaliteit van onze zorg voor de toekomst veilig te stellen’. D66 geeft aan dat ‘niet alles wat kan, ook moet’. BBB schrijft dat alle ‘bewezen niet-werkzame zorg uit het basispakket moet’. GroenLinks-PvdA zet vooral in op preventie en CDA pleit voor zorg dichtbij en complexe zorg geconcentreerd voor de beste kwaliteit.
De vraag is: is het genoeg? De afgelopen jaren hebben heel wat deskundigen en critici ervoor gewaarschuwd dat stilzitten geen optie is. Toch heeft geen kabinet de afgelopen jaren het lef getoond om de grenzen van ons zorgstelsel te agenderen. Ik snap dat dat niet makkelijk is, want we hebben het hier wel over ingewikkelde en vaak ethische keuzes. Want hoe bepaal je waarom je, bij gebrek aan menskracht, de ene behandeling wel doet en een andere niet (meer)? Welke rol speelt innovatie om zorgprofessionals te ontlasten, ook als de zorg daar niet ‘menselijker’ van wordt? En hoe motiveer je mensen om zelf meer aan preventie te doen? Als je stemmen wilt winnen, zijn dat geen makkelijke dilemma’s, we moeten er als samenleving wel een antwoord op vinden.
Goede adviezen
Nou wil ik niet te veel somberen, want er is gelukkig ook goed nieuws: er liggen al veel best practices die we kunnen benutten. Veel zorgprofessionals – onder wie ikzelf – denken bovendien graag mee over de toekomst van de zorg en weten op basis van hun ervaringen wat wel en niet werkt. Ik zou zeggen: maak daar gebruik van.
Daarnaast liggen er al veel goede adviezen op de plank. Zo adviseerde de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid in 2021 al om ‘politieke keuzes te maken om de financiële, personele en maatschappelijke houdbaarheid van de zorg te borgen en te voorkomen dat kwetsbare groepen onevenredig hard worden getroffen door schaarste aan middelen en mensen’. Een interessant en nuttig rapport dat politici zo kunnen gebruiken om een maatschappelijke dialoog over de houdbaarheid van ons zorgstelsel te starten.
Ik hoop vooral dat een nieuw kabinet een gedegen langetermijnvisie wil ontwikkelen. Veel politici denken misschien dat hen dat de kop kost, maar persoonlijk denk ik dat Nederland snakt naar gedegen beleid met een duidelijke stip op de horizon.
Suzanne Booij
Voorzitter Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD)

