CZ maakt werk van praktijkvariatie bij een twaalftal electieve aandoeningen. Dat kondigde RTL Nieuws aan op 23 februari. Het leverde bijval en kritiek op. Discussie ontstond vooral over de gebruikte methode, de manier waarop het in de publiciteit kwam en onze motieven. Ik reageer daar graag op.
Praktijkvariatie is een cijfermatige weergave van verschillen in behandelbeleid. CZ heeft op die weergave bij 12 aandoeningen een lat gelegd, waarboven de verschillen te groot zijn. Die lat ligt op het 75e percentiel. Is die grens arbitrair? Hij had ook op 70 of 80 kunnen liggen, dat klopt. Maar statistisch is hij verdedigbaar en geloven wij dat hij zelfs nog aan de voorzichtige kant is. Het gaat dus over cijfers. Het gaat níet over de indicatiestelling op het niveau van de patiënt, zoals nu soms wordt beweerd door specialisten. Praktijkvariatie geeft echter wél inzicht in de kans op over- en onderbehandeling. En in die beide gevallen is de patiënt het lijdend voorwerp.
Praktijkvariatie als middel
Praktijkvariatie is dan ook een middel dat ons in staat stelt zorg nog gezonder te maken. Praktijkvariatie is geen nieuw begrip. Dat het in Nederland voorkomt weten we allemaal. Ook in het regeerakkoord wordt de aanpak van praktijkvariatie en onnodige zorg als prioriteit benoemd. Ziekenhuizen kennen de cijfers en hebben de spiegellijsten. Zorgverzekeraars weten het ook. CZ neemt praktijkvariatie al mee in de inkoop sinds eind 2011. De enige die het mogelijk nog niet weet is weer dat lijdend voorwerp, de patiënt. Die is overgeleverd aan de verschillen, veelal dus zonder zich bewust te zijn dát er verschillen zijn.
Transparantie
Onlangs werd in Vrij Nederland uitgebreid gepubliceerd over praktijkvariatie. Het artikel eindigde met de constatering dat alle betrokken partijen erkennen dat er iets moet gebeuren. Maar er komt geen beweging in omdat betrokkenen elkaar in een houdgreep houden. Waar ligt dat aan? Is het de spagaat waarin zorgverzekeraars zitten? Aan de ene kant hebben we te maken met een zorgvragende klant en aan de andere kant hebben we een maatschappelijke rol te vervullen om met de zorg zinnig en zuinig om te gaan. Zijn het de ziekenhuizen die moeite hebben gewoontes te doorbreken? Je kunt daar lang bij stilstaan, maar de patiënt wil transparantie en de benodigde bezuinigingen in de zorg zijn een feit. We hebben al te lang gewacht.
Daarom is CZ ingegaan op vragen die RTL Nieuws aan ons stelde over praktijkvariatie. Praktijkvariatie is, nogmaals, géén nieuw onderwerp voor artsen. Voorafgaand aan de uitzending van RTL hebben we een aantal betrokken partijen zoals de Nederlanse Vereniging van Heelkunde, de Inspectie, VWS, de Nederlandse Orthopaedische Vereniging en de NPCF wel op de hoogte gesteld van de nieuwsuitzending.
Kritiek
Toch was de kritiek niet van de lucht. De Orde van Medisch Specialisten gaf via een persbericht direct aan ‘zich niet te herkennen in het beeld dat er jaarlijks tienduizenden onnodige operaties zouden worden uitgevoerd’. Individuele specialisten trokken het onderzoek van KPMG Plexus en Vektis en de methode die CZ hanteerde in twijfel. De NPCF eiste onmiddellijke openbaarmaking van de kwaliteitsgegevens. Over het motief van CZ om praktijkvariatie aan te pakken werd volop gespeculeerd: grootheidswaanzin, doktertje pesten, eigen belang. Kort samengevat reageerde het zorgveld overwegend verbolgen, waarbij ook werd gerefereerd aan recente negatieve publiciteit rondom artsen uit andere hoeken. Dat laatste is vervelend, maar volgens mij een zeer toevallige samenloop van omstandigheden. En ja, hoge bomen vangen nu eenmaal veel wind… Vertel ons wat!
Publiek debat
De bedoeling van RTL en CZ was het aankaarten van een maatschappelijk thema dat ons allemaal raakt. Zorgverzekeraar, zorgverlener, patiënt en premiebetaler. En let wel, al die partijen werden door RTL direct of indirect in het item aan het woord gelaten. Een debat over praktijkvariatie, al ter sprake gebracht in inkoopgesprekken, mag op die manier ook best publiekelijk gevoerd worden. Het is absoluut niet de bedoeling ziekenhuizen of artsen aan een schandpaal te nagelen of af te schilderen als geldwolven. Wij hebben aangegeven dat meerdere factoren ten grondslag liggen aan praktijkvariatie. En we steken ook de hand in eigen boezem. Het systeem kent perverse prikkels en zorgverzekeraars kopen nog te weinig selectief in. CZ pleit ook al langer voor de invoering van “kijk- en luistergeld” voor artsen. Dat gaat deze praktijkvariatie niet volledig tegen, maar stelt een arts wellicht beter in staat om alternatieven te bespreken met zijn patiënt.
Regierol
Ik ben van mening dat zorgverzekeraars weliswaar een regierol hebben gekregen met een moeilijke opdracht, maar dat de maatschappelijke verantwoordelijkheid de kosten te beheersen en de kwaliteit van zorg hoog te houden door iederéén gevoeld moet worden. Van de politiek, de overheid en het zorgveld verwachten wij steun om de rol die ons zeven jaar geleden is toebedeeld waar te maken. Die rol kunnen we niet vervullen door alleen in ‘achterkamertjes’ te praten over verbeteringen. Een publiek debat helpt soms om zaken verder in beweging te krijgen. Ik hoop en ga ervan uit dat we uiteindelijk allemaal hetzelfde doel nastreven: goede en betaalbare zorg. Laten we elkaars rollen daarbij respecteren en vertrouwen hebben in de oprechte intenties waarmee we die invullen.
Wim van der Meeren
Bestuursvoorzitter CZ