Grootschalige organisaties en fusiebedrijven zijn de laatste tijd niet bepaald populair bij het grote publiek, de politiek en media. Dit komt omdat een aantal grote organisaties heeft laten zien hoe het niet moet.
Zoals recent nog de casus Amarantis, waar het na een fusie behoorlijk uit de bocht vloog.
Onmogelijke tegenstelling?
Het lijkt een onmogelijke tegenstelling geworden: groot zijn en toch het beste voor hebben met je klanten en medewerkers. “Niet waar!”, zeg ik. Aan schaalvergroting zitten vanzelfsprekend diverse risico’s, maar wij ervaren dat het ook heel positief kan zijn. Koninklijke Kentalis fuseerde in 2010 en maakte daarmee een flinke schaalvergroting door. Ik ben van mening dat wij dankzij deze fusie nog in staat zijn om de specifieke zorg en onderwijs te leveren die onze cliënten en leerlingen nodig hebben.
Voordelen van ‘groot zijn’
Kentalis biedt diagnostiek, zorg en onderwijs aan mensen met gehoor en/of communicatieproblematiek en daarnaast vaak bijkomende stoornissen. Het betreft een kleine doelgroep, maar wel een die vraagt om heel specifieke expertise. De doelgroep is zo klein dat het voor hogescholen en universiteiten niet reëel is om er in hun curriculum veel aandacht aan te besteden of onderzoek naar te doen. We leiden al onze medewerkers dan ook zelf verder op. We scholen ze met kennis die we zelf ontwikkelen op de werkvloer en door onderzoek. We financieren een aantal leerstoelen aan universiteiten om onderzoek te doen en werken nauw samen collega-organisaties in binnen en buitenland.
Dit zouden we allemaal niet kunnen doen, als we enkele jaren geleden niet gefuseerd waren. Het ontwikkelen en delen van expertise is immers kostenintensief. Met deze bundeling van voorzieningen en kennis beogen we drempelloze toegang voor alle klanten tot expertise die in de haarvaten van onze organisatie zit.
Onze vuistregels
We leven een aantal simpele vuistregels na die er voor zorgen dat onze klanten, medewerkers en anderen vooral de positieve gevolgen ondervinden van het feit dat Kentalis een grote organisatie is.
- Schoenmaker blijf bij je leest
Wij vinden het belangrijk om trouw te blijven aan ons bestaansrecht. Onze identiteit komt voort uit 220 jaar geschiedenis van expertise voor een heel specifieke doelgroep. Iedere activiteit die we ontplooien moet van toegevoegde waarde zijn voor hen. Als wij denken dat er andere organisaties zijn de bepaalde diensten of producten beter kunnen leveren, dan zullen we onze cliënten en leerlingen naar hen doorverwijzen. Het gaat niet om de productie maar om het welzijn van onze klanten. - Investeren in wat belangrijk is
Niet het vastgoed, maar onze kennis maakt ons tot wie we zijn. Daarom stoppen we geen onnodig geld in schitterende nieuwbouwprojecten en chique kantoorpanden maar ontwikkelen we onze kennis voortdurend door te investeren in leerstoelen, (inter)nationale samenwerking en onderzoek. Omdat dit past bij onze opdracht als kennisorganisatie die met die kennis het steeds weer beter kan doen voor de cliënt en leerling. - Regie daar waar ‘het’ gebeurt
Wij geloven dat ‘het’ gebeurt in de klas en op de groep en niet op het hoofdkantoor. Daarom ligt de regie op locatie, dichtbij de cliënt/leerling. Dat is niet altijd makkelijk, zeker niet vlak na een fusie. Inmiddels zijn we een tijd verder, staat Kentalis als organisatie, en komt de regie meer en meer bij de locatie te liggen. Zo kunnen de mensen op de ‘werkvloer’, ter plekke besluiten wat het beste is en wordt het beleid niet voorgeschreven vanuit een hoofdkantoor. Ook bestuur en management zit op de plekken waar onderwijs en zorg geboden wordt, waardoor er dagelijks contact is met onze leerlingen en cliënten. - Groot zijn is niet automatisch ‘groots’ zijn
We zijn groot van omvang, maar blijven bescheiden. We gaan er vanuit dat het altijd beter kan. Dat we van anderen kunnen leren. Daarom zoeken we altijd de dialoog met onze klanten, medewerkers, ouders, de inspectie, onze samenwerkingspartners en critici. Wij beseffen dat het nooit af is.
Henk Bakker, bestuurder Koninklijke Kentalis