De langdurige zorg gaat op de schop. Het zal niemand zijn ontgaan. Patiëntenfederatie NPCF krijgt steeds meer vragen van mensen die willen weten wat er voor hen gaat veranderen.
We merken de onzekerheid bij mensen over de nabije toekomst. Houd ik straks nog wel de zorg waar ik nu recht op heb? En bij wie kan ik terecht als ik vragen heb? Wie helpt me verder als ik in de knel kom? Het zijn heel legitieme vragen waarop de antwoorden lang niet altijd zijn te geven.
De wetgeving is grotendeels rond, maar gaat de implementatie ook lukken? Dit kabinet legt veel verantwoordelijkheid bij lagere overheden. Gemeenten krijgen er veel taken bij, ook als het gaat om langdurige zorg. Maar zijn zij wel op hun taak berekend?
Motto wekt verwachtingen
Het motto van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is “van systemen naar mensen”. Wie zich zo’n motto aanmeet wekt verwachtingen. En bij verwachtingen horen verplichtingen. Er is niets op tegen om zorg verder te decentraliseren, maar de mensen voor wie die zorg is bedoeld, moeten wel weten waar ze terecht kunnen. Ook als ze tegen problemen aanlopen.
Op papier is alles prima geregeld. Er zijn taskforces, transitiebureau’s, aanjaagteams en transitie autoriteiten. Met de systemen zit het dus wel goed. Maar hoe zit het met de mensen? Al deze taskforces en autoriteiten zijn niet toegankelijk voor mensen die vragen hebben, of in de knel komen. Die moeten zelf hun weg zoeken; en hoe die weg loopt, is per wet verschillend. Terwijl de zorgvraag van mensen toch echt niet opgeknipt is per wet. Je zou bijna de weg kwijtraken..
Goede zorg is meer dan wetgeving
Goede zorg bieden is meer dan een wettelijk kader maken. Wie zorg nodig heeft, krijgt straks te maken met zorgaanbieders, verzekeraars, gemeenten, het zorgkantoor, het CIZ, of het CAK. Wie wijst hulpbehoevende mensen de weg naar de juiste instantie? En gaan al deze instanties mensen echt verder helpen of worden ze van het kastje naar de muur gestuurd: “U bent bij het verkeerde loket.” Laten we echt de omslag maken van systemen naar mensen. Informeer mensen goed. Maak het niet te ingewikkeld. Help ze de weg te vinden naar de juiste instanties. En lukt het niet? Zorg er dan voor dat mensen ergens terecht kunnen met hun vraag of hun signaal. Daar ligt ook een taak van de overheid. Net zo goed als de taskforce bereikbaar is voor zorginkopers en zorgaanbieders moet die ook voor gewone mensen bereikbaar zijn.
Wat als mensen buiten de boot vallen?
Hoe goed iedereen ook zijn best doet, wij maken ons zorgen dat er mensen buiten de boot zullen vallen. Sinds kort kent iedereen de zogenoemde wenswachtenden. Mensen die niet meer thuis kunnen wonen en op de wachtlijst staan voor een verpleeghuis. Zij denken dat er actief wordt gezocht naar een plaats voor hen. Maar dat is niet zo. Omdat ze een voorkeur hebben uitgesproken voor een bepaald verpleeghuis wordt niet gekeken of in een ander huis wel plaats is. Dit zijn mensen die zorg nodig hebben, die recht hebben op zorg en op een plaats in een verpleeghuis, maar die het niet krijgen. Bij wie moeten zij aan de bel trekken? Weten zij het zorgkantoor te vinden? En gaat het zorgkantoor hen helpen? De staatssecretaris heeft inmiddels toegezegd dat deze groep van 10.000 mensen actief zal worden benaderd met de vraag of ze ook in een ander tehuis willen wonen. Dat is een goed begin maar nog niet het hele werk.
Wilna Wind, directeur-bestuurder NPCF