De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) maakt zich zorgen over de toename van het aantal kunstmatig opgewekte bevallingen in Nederland. Eén op de vijf geboortes wordt ingeleid, vaak zonder medische noodzaak, en dat vergroot de kans op complicaties. Dit meldt het Algemeen Dagblad (AD).
Vrouwen vragen vaker om het opwekken van de bevalling en artsen dringen er op aan omdat ze bang zijn voor complicaties en aansprakelijkheid, volgens de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV). In 2008 werd 15,5 procent van de bevallingen in Nederland ingeleid, inmiddels is dat bijna 22 procent. De groei baart de Belgische gynaecologe Marleen Temmerman, verbonden aan de WHO, zorgen, zegt ze in het AD. “De WHO-richtlijn stelt dat inleiden maar bij 5 procent echt nodig is.”
Bij een inleiding worden ontsluiting en weeën kunstmatig opgewekt door vliezen te breken en een infuus met weeënopwekkers toe te dienen. Volgens de KNOV is er onvoldoende aandacht voor de negatieve gevolgen hiervan. Jannet Bakker, verloskundige en onderzoeker aan het Amsterdamse AMC, wijst op het risico dat vrouwen ‘van de ene interventie in de andere rollen’.