JeugdzorgPlus-instelling JJC in Den Haag heeft niet adequaat genoeg gehandeld nadat een jongere melding deed van seksueel grensoverschrijdend gedrag van een medewerker. Dat oordeelt de Inspectie Jeugdzorg.
Een jongere binnen de instelling beschuldigde een medewerker van de groep van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Volgens de inspectie zijn de medewerkers van de groep tekort geschoten in hun handelen. Bovendien hebben direct leidinggevenden en het management van JJC onvoldoende gereageerd op het incident. Inmiddels heeft JJC aangifte gedaan tegen de betreffende medewerker. Deze is geschorst en daarna is zijn arbeidscontract beëindigd.
Risicobeheersing
De medewerkers op de groep werkten niet consequent met risicotaxaties. Zo werden de thema’s ‘drugsgebruik’ en ‘seksualiteit’ alleen besproken als daar een aanleiding toe was. Op de groep ontbrak het volgens de inspectie aan een eenduidige gezamenlijke aanpak van risicovol gedrag van een specifieke jongere. Belangrijke veiligheidsafspraken zijn meerdere malen niet nageleefd, stelt de inspectie op basis van haar onderzoek. Verder heeft de teamleiding niet tijdig en onvoldoende ingegrepen in de ontstane situatie en het management van JJC heeft na opschaling niet effectief geïntervenieerd.
JJC heeft een plan opgesteld voor een betere begeleiding van het seksuele gedrag van de jongeren en het monitoren van het functioneren van groepen en van medewerkers. De inspectie ziet toe op naleving hiervan.