Jeugdartsen zouden kinderen ook na hun veertiende in de gaten moeten houden, vooral als het gaat om kinderen die risico’s lopen. Dat stelt de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) in een rapport over de jeugdgezondheidszorg dat minister André Rouvoet (Jeugd en Gezin) dinsdag naar de Tweede Kamer stuurde.
Verloren ‘risicokinderen’
De inspectie vindt het ongewenst dat ‘risicokinderen‘ uit het oog worden verloren. Daarom zouden ze de jeugdarts ook nog eens moeten bezoeken als ze vijftien of zestien zijn. Dat moet in het voortgezet onderwijs of in het middelbaar beroepsonderwijs geregeld worden.
Meisjesbesnijdenis
De jeugdgezondheidszorg kan bijvoorbeeld meer aandacht besteden aan meisjesbesnijdenis, aldus de IGZ. Naast Advies en Meldpunten Kindermishandeling (AMK’s) spelen jeugdartsen een belangrijke rol bij het ontdekken van deze vorm van kindermishandeling. (ANP)
