Het uitvoeren van MRI-scans in de eerste lijn kan een maatschappelijke besparing tot 30 miljoen euro opleveren. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van het samenwerkingsverband van eerstelijnscentra SHL-Groep.
In Nederland worden op jaarbasis ongeveer 30 duizend MRI’s van de knie gemaakt. Deze MRI-onderzoeken worden in veel gevallen gedaan in het ziekenhuis. Daarnaast is het ook mogelijk om de MRI te laten uitvoeren in een zelfstandig behandelcentrum, een commerciële instelling of een eerstelijns diagnostisch centrum.
Wachttijd
Volgens de SHL-Groep levert dit laatste aantoonbaar maatschappelijke meerwaarde op. Waar de wachttijd in het ziekenhuis gemiddeld twee maanden is, is deze periode bij de MRI-dienst van eerstelijns diagnostische centra veelal korter. Bovendien zijn de openingstijden flexibeler: de patiënt kan ook ’s avonds of in het weekend terecht.
Verzuim
Dit alles leidt tot korter durend verzuim op het werk. Uitgedrukt in geld betekent de kortere wachtduur dat werkgevers op jaarbasis tot 30 miljoen euro kunnen besparen.