De nieuwe manier van toezicht houden binnen de ouderen- en gehandicaptenzorg waarbij de wensen en behoeften van bewoners meer centraal staan, wordt in grote lijnen als positief ervaren door zowel zorgaanbieders als de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) zelf. Wel plaatsen zorgaanbieders de kanttekening dat nog niet altijd duidelijk is hoe de inspectie tot haar oordeel komt.
Sinds maart 2017 is de manier waarop de inspectie toezicht houdt op ouderen en gehandicapten die in een zorgorganisatie wonen veranderd. Er wordt nu meer gekeken naar de persoonsgerichte zorg, waardoor een inspecteur volgens de IGJ beter kan beoordelen of de zorg aan ouderen en mensen met een beperking “veilig, professioneel en persoonsgericht is”. De inspectie observeert hoe cliënten de zorg ervaren en hoe medewerkers met cliënten omgaan.
De inspectie heeft onderzocht of deze manier van toezicht goed aansluit op de zorg die steeds aan het veranderen is, door in gesprek te gaan met zorgaanbieders, koepels en inspecteurs. Zorgaanbieders geven aan positief te zijn over dit nieuwe instrument. Het geeft volgens hen handvatten om te leren en verbeteren. Waar de inspectie tijdens het bezoek op let, sluit beter aan bij waar het volgens zorgaanbieders om gaat in de zorg.
Begrijpelijke uitleg
Als verbeterpunt kwam naar voren dat een organisatie nog niet altijd helder inzicht krijgt over hoe de inspectie tot haar oordeel komt. De inspectie wil meer aandacht besteden aan begrijpelijke uitleg. Een ander punt van kritiek van de zorgaanbieders is dat een inspectiebezoek vaak een verstoring van het zorgproces betekent, zeker nu de inspecteurs een completer beeld willen krijgen van dat zorgproces. De IGJ stelt juist dat het nieuwe bezoekinstrument vrijheid biedt om aan te sluiten bij het ritme van de dag in de zorginstelling.