Beeld: Hiraman/Getty Images/iStock
Dat schrijft zij in een Kamerbrief in antwoord op vragen van SP-Tweede Kamerlid Sarah Dobbe.
Er is volgens de staatssecretaris geen overzicht beschikbaar van bezuinigingen die gemeenten hebben doorgevoerd. “Wel krijg ik signalen dat gemeenten verschillend omgaan met de hoge vraag naar ondersteuning, wachtlijsten voor de huishoudelijke hulp en de arbeidsmarktkrapte in algemene zin. Daarvan zijn creatieve oplossingen te zien, zoals het verlenen van voorrang aan inwoners met urgente problematiek of het uitkeren van een financiële tegemoetkoming per jaar in geld aan de inwoner, waarmee deze zelf hulp regelt. Ook hier is geen overzicht van beschikbaar.” Volgens Maeijer betreft het “een lokale verantwoordelijkheid”.
Dobbe had de vragen gesteld naar aanleiding van het bericht dat de gemeente ’s-Hertogenbosch de huishoudelijke hulp heeft teruggebracht van eens per week naar eens in de twee weken. BN DeStem meldt dat dit het gevolg is van personeelsgebrek en meer aanvragen. Volgens de voorspellingen van de Vereniging Nederlandse Gemeenten loopt het aantal mensen dat een beroep doet op de Wmo de komende jaren fors op.
Wachtlijsten
De staatssecretaris vindt het bericht ‘herkenbaar’. “Veel gemeenten en aanbieders hebben moeite met het organiseren van huishoudelijke hulp en hebben wachtlijsten vanwege de krappe arbeidsmarkt en een groeiende vraag door de vergrijzing. Als het zo is dat cliënten ten onrechte een lager aantal uren huishoudelijke hulp krijgen, dan vind ik dat onwenselijk.”
De vraag of het is toegestaan om alle mensen die vanaf nu een beroep doen op de Wmo generiek minder huishoudelijke zorg aan te bieden, beantwoordt de staatssecretaris niet. Gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor het bieden van passende ondersteuning aan mensen die niet op eigen kracht of met behulp van hun omgeving kunnen participeren in de samenleving. “De gemeente ’s-Hertogenbosch heeft aangegeven dat zij in deze tijden van personele krapte en de toenemende vergrijzing de schaarse uren aan ondersteuning eerlijk probeert te verdelen. Met als doel dat de huishoudelijke hulp beschikbaar blijft voor de inwoners die hier echt op aangewezen zijn” en dat lijkt Maeijer voldoende te vinden.
Hoe de signaleringsfunctie van thuiszorgmedewerkers is gewaarborgd als zij nog maar eens in de twee weken langskomen, blijft ook een open vraag. De staatssecretaris benoemt wel de zorgen over eenzaamheid onder ouderen en hulpbehoevenden. Deze heeft volgens haar de volle aandacht van de gemeente ‘s-Hertogenbosch, getuige de voorbeelden die zij heeft ontvangen.