Vooral meer jongvolwassenen kregen hulp. Dit blijkt uit de laatste cijfers van de Gemeentelijke monitor sociaal domein en het CBS.
In de Wmo 2015 is vastgelegd dat gemeenten verantwoordelijk zijn voor het bieden van hulp en ondersteuning aan inwoners die dat nodig hebben. Er zijn verschillende maatwerkvoorzieningen, zoals Hulp bij het huishouden, Ondersteuning thuis of het aanbieden van hulpmiddelen als een rolstoel of traplift.
Dat meer mensen gebruikmaakten van ondersteuning op basis van de Wmo komt onder andere doordat er meer ouderen zijn en ouderen krijgen het vaakst ondersteuning vanuit de Wmo. In 2024 was 10 procent van de bevolking 75 jaar of ouder, in 2019 was dit 8 procent. In deze leeftijdsgroep bleef het aandeel mensen dat gebruikmaakt van de Wmo gelijk (een op de drie). Bij jongvolwassenen nam dat aandeel behoorlijk toe in de afgelopen vijf jaar.
Hulpmiddelen en diensten
Binnen de categorie hulpmiddelen en diensten, zoals een rolstoel of taxirit, kregen in verhouding vooral meer jongvolwassenen ondersteuning. Zo maakten 39.000 30- tot 45-jarigen gebruik van deze maatwerkvoorziening, 12 procent meer dan in 2019. Ter vergelijking: de grootste groep gebruikers bestond uit 75-plussers (424.000). Binnen deze leeftijdsgroep was de relatieve toename beperkter vergeleken met 2019, namelijk 6 procent.
Meer jonge vrouwen die beschermd wonen
Ook binnen de maatwerkvoorziening beschermd wonen kregen meer jongvolwassenen ondersteuning. In 2024 maakten bijna 27.000 mensen gebruik van beschermd wonen, 31 procent minder dan in 2019 (bijna 40.000). Terwijl het totale aantal mensen dat beschermd woonde de afgelopen vijf jaar daalde, nam het juist toe onder vrouwen jonger dan 30 jaar: 45 procent meer dan in 2019. Bij mannen in dezelfde leeftijdsgroep was dit 4 procent minder. Over het algemeen zijn cliënten die beschermd wonen relatief jong: tweederde is jonger dan 30 jaar.
Dat minder mensen gebruikmaakten van beschermd wonen, komt vooral doordat cliënten na drie jaar overgeplaatst worden naar de Wet langdurige zorg. In 2021 is de Wet langdurige zorg opengesteld voor cliënten die langdurige ondersteuning ontvangen vanwege het blijvende karakter van deze ondersteuning.
Minder gebruik van dagbesteding
Hoewel er in 2024 meer ondersteuning werd gegeven door gemeenten op basis van de Wmo, was er een aantal Wmo-maatwerkvoorzieningen waarbij het aantal cliënten terugliep vergeleken met 2019. Zo kregen minder mensen dagbesteding (23 procent) en verblijf en opvang (24 procent), waar beschermd wonen onder valt.