Het UMC Utrecht en het AMC gaan tolk- en vertalerskosten uit eigen zak betalen. De academische ziekenhuizen reageren hiermee op het verdwijnen van de vaste vergoeding van tolk- en vertaaldiensten.
Volgens het UMC Utrecht blijkt in de praktijk dat veel patiënten te weinig Nederlands spreken om duidelijk te kunnen maken wat er aan de hand is. Zo lopen ze het risico geen goede zorg te krijgen. Om die reden neemt het UMC Utrecht deze kosten voortaan voor eigen rekening.
Onbekende talen
Het UMC Utrecht is om en nabij de honderdduizend euro per jaar kwijt aan tolken en vertalers. Die werken samen een kleine duizend uur om zorgverleners en patiënten voor elkaar verstaanbaar te maken. Daarbij gaat het ondermeer om Turks, Pools of Marokkaans, maar ook om onbekende talen zoals Oromo, Tigrinia of Karen. In totaal betreft het bij het UMC Utrecht 57 talen.
Inhuren
Tot dusverre betaalde het ministerie van VWS de tolk- en vertaalkosten, maar daar heeft minister Schippers een streep door gezet. Patiënten moeten Nederlands kunnen, vindt zij. Is dat niet het geval dan moeten ze zelf iemand meenemen naar het spreekuur die voor hen vertaalt of voor eigen rekening een professionele tolk inhuren. Alleen voor asielzoekers is nog vergoeding mogelijk.
Illusie
“Het is een illusie te denken dat buitenlandse patiënten zo goed Nederlands leren dat ze begrijpen wat een arts zegt”, reageert Jolanda van Luipen, staflid Raad van Bestuur en belast met het onderwerp tolk- en vertaaldiensten. “Dat is voor ons vaak al moeilijk. Voor een professionele tolk heeft deze groep meestal geen geld. En een bekende meenemen stelt artsen voor het probleem dat ze niet kunnen inschatten of de patiënt alles aan die persoon vertelt en andersom. Wij willen dat patiënten in overleg met hun arts de beste en vooral ook veilige zorg krijgen. Maar dat lukt op deze manier niet. Het UMC Utrecht neemt daarom zijn verantwoordelijkheid en betaalt de tolk- en vertaaldiensten zelf.”