Willen zorgboerderijen de decentralisatie van de zorg overleven, dan zullen ze hun kwaliteit zichtbaar moeten maken. Ook moeten ze als collectief contact zoeken met gemeenten en lokale patiënten- en cliëntenorganisaties. Dat heeft staatssecretaris Van Rijn gezegd bij gelegenheid van het tienjarig bestaan van het regionale collectief van zorgboeren Stichting Landzijde.
Volgens Van Rijn zorgen zorgboerderijen er voor dat kwetsbare mensen langer thuis kunnen wonen van mensen. Daarmee dragen de zorgboerderijen bij aan een belangrijke doelstelling van de Wmo: het stimuleren van de maatschappelijke participatie van kwetsbare burgers en hun mantelzorgers. “Zorgboerderijen zijn een opvallende en waardevolle aanvulling op ons zorglandschap”, aldus Van Rijn.
Kans
Met de overheveling van zorgtaken naar de gemeenten komt de huidige financieringsgrondslag te vervallen en zullen de zorgboeren zaken moeten doen met de gemeenten. “Zie de decentralisatie van dagbesteding naar gemeenten vooral als een kans die u alleen kunt grijpen door intensief samen in gesprek te gaan”, aldus Van Rijn. “Dan doel ik niet alleen op gesprekken tussen zorgboeren en gemeenten, maar natuurlijk ook met lokale patiënten- en cliëntenorganisaties. Kom vooral zelf in actie!”
Kwaliteit
Van Rijn adviseert de zorgboerderijen om het onderwerp kwaliteit van zorg voortdurend aandacht te blijven geven. Als voorbeeld noemt Van Rijn de Kwaliteitswaarborg Zorgboerderijen van de Federatie Landbouw&Zorg. “Met dit systeem maken de zorgboeren zichtbaar wat ze op hun bedrijf te bieden hebben aan begeleiding en zorg”, aldus Van Rijn.
Het aantal zorgboerderijen is de afgelopen tien jaar gegroeid van een dikke driehonderd naar zo’n twaalf honderd. Naar schatting ontvangen in heel Nederland tussen de 10.000 en 15.000 cliënten dagbesteding op een zorgboerderij.