Dat er regels zijn is goed. En bureaucratie is op zich een rationele, efficiënte en eerlijke manier om een organisatie met regels te sturen. Maar waar de bureaucratie doorschiet, ontstaat regeldruk.
Bureaucratie maakt het mogelijk om verantwoording af te leggen voor wat je doet. Bijvoorbeeld om aan te tonen dat er tegen reële kosten effectieve zorg verleend wordt. Het maakt het mogelijk de voordelen te plukken van het werken in grote verbanden. Maar waar bureaucratie doorschiet, wordt het regeldruk; de vervorming van iets dat eigenlijk goed is.
Controleurs
In ons bureaucratische landje hebben we voor van alles regels, formulieren, registraties met inlogcodes, eHerkenning en DigiD’s en objectieve verklaringen van onafhankelijke derden. Die worden weer gecontroleerd door controleurs. inspecteurs, accountants, fraudeteams en bevoegde autoriteiten. Dit alles om de premie- en belastingbetaler te hoeden voor slechte zorg en misbruik. Een groot goed, maar tegen welke prijs?
In elk regeerakkoord en elke akkoord in elke sector zetten we het stelsel op zijn kop om de betaalbaarheid van toegankelijke en kwalitatief goede zorg te borgen. Zo bedenken we met elkaar dat het een goed idee is om delen van de ggz, waar twee handenvol zorgkantoren verantwoordelijk voor zijn, over te hevelen naar 405 gemeenten.
Beleidsafhankelijke inkoopvragen
Naast al het goeds dat dit kan brengen, mogen we niet onderschatten wat de beleidsvrijheid waarmee dat gepaard gaat betekent. Gemeenten kunnen over zorg besluiten zoals ze besluiten over de vuilophaal, de kantine en in sommige plaatsen het openbaar vervoer. Beleidsvrijheid betekent dan beleidsafhankelijke inkoopvragen, beleidsafhankelijke verantwoording, facturatie en inspectie. Als zorgaanbieder, vaak in meerdere gemeenten actief, heb je weinig andere keuze dan die inkoopvragen op maat te beantwoorden, op maat te factureren, op maat te verantwoorden, je administratie op maat te gaan voeren en de deur open te zetten voor toezicht op maat, accountantscontrole op maat. Dat geldt overigens niet alleen per gemeente, maar ook per zorgverzekeraar en per merk.
Extra controle
Zoals gezegd kan bureaucratie veel goeds brengen. Maar bureaucratie betekent juist ook dat je afspraken moet maken over verantwoording. En iedere bureaucraat kan je vertellen dat hoe meer verschillen er daarin zitten, hoe bewerkelijker de bureaucratie wordt. En hoe groter de kans op fouten. Let op, niet in de zorg aan onze patiënten, maar in de verantwoording ervan. En hoe groter het aantal fouten, hoe groter de behoefte om extra controles uit te voeren. Vernieuwd! Nu met nog strengere eisen! Maar in beleidsvrijheid is het natuurlijk lastig bindend overkoepelend afspraken te maken. Wat ons dus rest is regeldruk. Het middel is erger geworden dan de kwaal.
Ingewikkeld
Het middel leidt er namelijk toe dat we te maken hebben met financiële verslagen die accountants niet goedkeuren, omdat tot drie jaar toe de rechtmatigheid van facturen betwist kan worden. Blijkbaar is het zo ingewikkeld dat de controle van die facturen zo lang duurt. Het helpt natuurlijk niet dat spelregels onduidelijk zijn en met terugwerkende kracht mogen veranderen.
Wat dat betekent? Dat zorgaanbieders geld moeten lenen en daar vervolgens uit premiegeld rente over betalen. Dat de te betalen rente stijgt, omdat die accountantsverklaring er niet is. Dat zorgaanbieders personeel moeten ontslaan, omdat er geen geld meer voor is. En dat het resterende personeel minder tijd aan zorg kan besteden, omdat ze met administratie bezig zijn om aan de regels te voldoen. Enzovoorts, enzovoorts.
Wat heeft dit nog te maken met het betaalbaar houden van toegankelijke en verantwoorde zorg van goede kwaliteit? Professionals begrijpen niet meer wat het toezicht en het management nog met hun werk voor patiënten te maken heeft. Het rationaliseringsproces is te ver doorgedreven en professionals raken vervreemd van zichzelf en elkaar.
Gedeeld belang
Maar dit kan ook stoppen, omdat er een gedeeld belang is. Dat belang is juist het betaalbaar houden van verantwoorde en kwalitatief goede zorg. Ik denk niet dat we dat bereiken door elkaar nog strengere regels op te leggen die we nog beter controleren om er aan het eind van de rit achter te komen dat de verantwoording voor zoveel procent niet door de controle van de verantwoording komt. Ik denk wel dat we naar oplossingen moeten kijken, op een andere manier dan dat we tot nu toe deden. Terug naar de kern, op basis van eenvoud en het uitgangspunt, dat we het goede brengen, in plaats van het kwade te bestrijden. Alle partijen moeten bereid zijn water bij hun wijn doen, om er samen voor te zorgen dat de wijn van de zorg minder aangelengd wordt dan nu het geval is.
Bij GGZ Nederland hebben we daarvoor al een aantal creatieve ideeën, ook voor de regels die we zelf bedachten. Heeft u die ook? Wilt u ze met ons delen?
Paul van Rooij
Directeur GGZ Nederland